Hoe Trekt U De Treemotion Aan; En Zorgt U Voor Een Goede Pasvorm; Verstlling Van De Gespen - TEUFELBERGER treeMOTION Mode D'emploi

GEBRUIK / GEBRUIKSVORMEN

2.4. HOE TREKT U DE treeMOTION AAN...

Zorg ervoor dat de gespen (1 en 9) van de heup- en beenbanden los zijn. (Illu. 2-5, pagina 9) a.
Hou de gordel bij de rugvoering (6) vast.
b. Stap tussen de touwbrug (10) en de rugvoering in de gordel en daarbij met de benen in de
linker en rechter beenband (17).
c. Sluit de heupriemgesp zorgvuldig (1).
d. Sluit de beenbandgespen zorgvuldig (9).

2.5. ...EN ZORGT U VOOR EEN GOEDE PASVORM

1. Verstel de heupriem bij gesp (1) en steek het uiteinde door de elastische lus.
2. Verstel beide beenbanden (17) en steek de uiteinden door de elastische lussen.
3. Verstel de lengteriemen (5) en steek de uiteinden door de elastische lussen.
4. Indien nodig: verstel de lengte van het centrale bevestigingspunt (10) door een ordelijke en
behoorlijk aangetrokken stopperknoop te maken.
(Illu. 6-7, pagina 9)
Zorg ervoor dat de gordel helemaal voorbereid is voor de taak die ermee uitgevoerd moet worden.
Neem daarna volledig vrij hangend een aantal werkposities aan zodat u zeker weet dat de gordel
goed en comfortabel zit en geschikt is om het werk uit te voeren. Been- en rugkussens zijn d.m.v.
klittenband aan de gordel bevestigd en kunnen losgemaakt en nadien weer bevestigd worden.
2.6. VERSTELLING VAN DE GESPEN
(Illu. 8-9, pagina 10)
3. GEBRUIKSVORMEN
Een neerstorting mag niet mogelijk zijn. Met een neerstorting wordt een vrije val bedo-
eld, met een val bijvoorbeeld het wegglijden van de voeten.
Gebruik als houdgordel in de zin van EN 358 (Illu. 10, pagina 10)
Zijdelingse belasting van de gordel. Voeten moeten goed ondersteund zijn (b.v. staand tegen
een stam op klimsporen). Het verbindingsmiddel dient zich op de hoogte van de taille te
bevinden wanneer deze met de Dringen (4) aan de gordel verbonden is.
UITSLUITEND voor treeMOTION (niet voor treeMOTION S.light): (Illu. 11, pagina 10)
Gebruik als ryggesteun-systeem op arbeidsplatvormen. (Een plaats waar een vrije val mogelijk
is mag niet bereikt worden.) Kan het verbindingsmiddel met de middelste ring op de achterzijde
(15) verbonden worden. Het bevestigingspunt moet zich boven de taillehoogte bevinden.
Gebruik als zitgordel in de zin van EN 813
Zittend - Centrale bevestiging op de touwbrug (10). Dubbele lijn met beweeglijke lijn en
�
weerstandsknoop.
Zittend - Centrale bevestiging op de touwbrug (10). Afdaling aan enkele lijn met mechanische lijnklem.
�
48