6. DIENST EN TRANSPORT
6.1
Vereisten voor u contact opneemt met de klantendienst
Indien de oven niet werkt:
• Controleer of de stekker van het fornuis correct werd ingevoerd
• Controleer of er een stroompanne is en er stroomtoevoer aanwezig is op de schakelaar
Indien de oven niet opwarmt:
• De warmte was mogelijk niet ingesteld met de bedieningstoets van de oven.
Bereiding (als het onderste of bovenste deel niet op dezelfde wijze opwarmt):
• Controleer de locatie van roosters en laden, bereidingstijden en thermostaattemperaturen
aanbevolen in deze brochure.
De kookplaat branders werken niet correct:
• Controleer of de onderdelen van de brander correct werden aangebracht (in het bijzonder na
een schoonmaakbeurt of de installatie).
• De gastoevoerdruk kan te laag/hoog zijn. Voor fornuizen die werken met LPG-tanks (propaan of
butaan) moet u controleren of de tanks niet leeg zijn.
Als de problemen met het fornuis aanhouden, zelfs na de uitvoering van de bovenstaande
controles, kunt u contact opnemen met de klantendienst.
6.2 I
nformatie bij het transport
Als u het transport moet verplaatsen, moet u de originele verpakking van de uitrusting bewaren en
meenemen. Volg de transportaanwijzingen vermeld op de verpakking. Plak de branders en
roosters vast met plakband zodat niets kan bewegen tijdens het transport (beter nog, plaats ze in
een anfzonderlijke doos). Plaats papier tussen het bovenste deksel en de kookoppervlakte, dek het
bovenste deksel opnieuw af en plak het op de zijkant van het fornuis. Open de ovendeur en plaats
karton of papier op het glas aan de binnenzijde van de oven zodat de laden en het rooster het
fornuis niet beschadigen tijdens het transport. Plak ook de deksels van de oven aan de zijwanden.
Indien u de originele verpakking niet meer hebt, moet u maatregelen nemen om het fornuis te
beschermen, in het bijzonder de externe zijden (glas en gevergde oppervlakten) zodat ze niet
kunnen bewegen.
28