1.
Algemene instructies
Deze handleiding geldt voor de volgende
veiligheidsinrichtingen:
– directwerkende gasveiligheidsventielen van
het type GSV;
– smeltzekeringen van het type GMP.
Conform de Europese drukapparaatrichtlijn
worden veiligheidsinrichtingen altijd ingedeeld
in categorie IV.
De afname vindt in de regel plaats volgens
module B+D (Europees typeonderzoek).
Andere modules zijn op aanvraag mogelijk.
Veiligheidsinrichtingen zijn 'delen van de
uitrusting met een veiligheidsfunctie'.
De gasveiligheidsventielen (hierna aangeduid
als GSV) worden gebruikt ter bescherming van
de hydraulische accumulator bij overschrijding
van de toelaatbare gasdruk. Zij bestaan uit een
behuizing met daarin een drukveer, die dient
voor het instellen van de activeringsdruk.
De smeltzekeringen (hierna aangeduid als
GMP) worden gebruikt ter bescherming van
de hydraulische accumulator tegen te hoge
temperaturen. Zij bestaan uit een behuizing
met daarin een smeltelement dat voor de
activering dient.
LET OP
De GMP is niet geschikt voor druktechnische
beveiliging van hydraulische accumulatoren
en mag alleen in combinatie met een
drukbeveiliging worden gebruikt.
Voor de inbedrijfsname en tijdens het bedrijf
moeten de ter plaatse geldende voorschriften
voor veiligheidsinrichtingen in acht worden
genomen.
De eigenaar draagt de verantwoordelijkheid
NL
voor het juiste gebruik van de
veiligheidsinrichtingen en de naleving van deze
voorschriften.
De met de veiligheidsinrichtingen
meegeleverde documentatie voor de controle
van de installatie en de eventuele periodieke
controles moet zorgvuldig worden bewaard.
60
LET OP
De installatie van de veiligheidsinrichtingen
mag alleen worden uitgevoerd door daartoe
opgeleide vakkundigen.
Het demonteren van de
veiligheidsinrichtingen mag alleen worden
uitgevoerd door de HYDAC-klantenservice.
Bij onjuist monteren en hanteren kunnen
zware ongevallen worden veroorzaakt.
Gassen onder druk.
Hydraulische accumulatoren kunnen
na het ontladen of volledig ledigen (bv.
drukloos maken vóór werkzaamheden aan
het hydraulische systeem) opnieuw druk
opbouwen, wanneer de leidingen aan de
vloeistofzijde achteraf worden gesloten.
Alle aan de vloeistofzijde van de hydraulische
accumulator aangesloten leidingen moeten
daarom drukloos worden gemaakt en mogen
daarna niet meer worden afgesloten.
Pas daarna mag de hydraulische accumulator
uit het hydraulische systeem worden
verwijderd.
Voorafgaand aan werkzaamheden aan de
hydraulische accumulator zelf (bv. installatie of
verwijdering van veiligheidsinrichtingen) moet
de gaszijde van de hydraulische accumulator
drukloos worden gemaakt en mag deze niet
opnieuw worden gesloten. De drukloosheid aan
de gaszijde moet worden gecontroleerd.
Pas daarna mogen veiligheidsinrichtingen
aan de hydraulische accumulator worden
geïnstalleerd/verwijderd.
Geen las-, soldeer- of mechanische
werkzaamheden aan de veiligheidsinrichtingen
uitvoeren.