aa
7.4
X-FCM looproosterelementen plaatsing
1. Plaats het looprooster.
2. Bevestig de bout in het staalwerk. Gebruik van het
centreerelement zal je toelaten de bout perfect in het
midden te plaatsen. Controleer de indringdiepte met
meetinstrument door de afstand boven de opper-
vlakte te meten waarin bevestigd werd (NVS)
3. Draai het element aan. Torsie = 5 tot 8 Nm
aa
7.5
X-FCP traanplaat installatie
nl
1. De platen moeten voorgeboord worden
2. Plaats de traanplaat en lijn deze uit
3. Bevestig de X-CRM bout door de voorgeboorde ope-
ning. Controleer de indringdiepte met meetinstru-
ment door de afstand boven de oppervlakte te meten
waarin bevestigd werd (NVS)
4. Zet de X-FCP manueel op de bout
5. Schroef de plaat aan. Torsie = 5 tot 8 Nm
aa
7.6
Verwijder de patronen
Zorg ervoor dat er zich geen patroonstrips of bevesti-
gingselementen in de machine bevinden. Indien er zich
een patroonstrip of een bevestigingselement in de machi-
ne bevindt, dient u de patroonstrip met de hand langs
boven te verwijderen en verwijder eveneens het beves-
tigingselement uit de boutgeleiding.
8. Schoonhouden en onderhoud
Afhankelijk van het soort apparaat kan er bij regelma-
tig gebruik vervuiling en slijtage ontstaan waardoor het
functioneren nadelig wordt beïnvloed. Om het appa-
raat op een betrouwbare en veilige manier te kunnen
gebruiken zijn daarom regelmatige inspecties en onder-
houdsbeurten een absolute vereiste. Wij raden aan om
bij intensief gebruik ten minste wekelijks en uiterlijk na
10.000 indrijvingen het apparaat schoon te maken en
de plunjer en stopring te controleren!
8.1 Schoonhouden van de machine
De buitenkant van de machine is van slagvaste kunst-
stof gemaakt. De handvatpartij is van elastomeer-mate-
riaal. Gebruik de machine nooit met verstopte ventila-
tiesleuven! Voorkom dat er extern materiaal in de machi-
ne binnendringt. Reinig de buitenkant van de machine
regelmatig met een iets bevochtigde poetsdoek. Gebruik
geen sproeimachine of stoomstraalmachine met water
voor het reinigen!
8.2 Onderhoud
Controleer regelmatig alle externe delen van de machi-
ne op beschadigingen en controleer of alle bedienings-
elementen goed werken. Gebruik de machine niet als er
onderdelen beschadigd zijn of de bedieningselementen
niet optimaal functioneren. Laat de machine door de
Hilti-service repareren.
36
Printed: 21.06.2017 | Doc-Nr: PUB / 5069837 / 000 / 03
Printed: 21.06.2017 | Doc-Nr: PUB / 5069837 / 000 / 02
■ De machine kan in het gebruik
heet worden.
■ U kunt uw handen verbranden.
■ Demonteer de machine niet als
hij heet is. Laat de machine afkoe-
len.
Service aan machine uitvoeren:
1. bij onvolledige ontbranding van patronen of
2. bij schommelingen in de werking of
3. als het bedieningscomfort minder wordt:
● noodzakelijke aandrukkracht neemt toe
● weerstand van trekker stijgt
● energie-instelling is moeilijk te veranderen
● patroonstrip is moeilijk te verwijderen
AANDACHT bij het reinigen van het toestel:
● Gebruik nooit vet bij het onderhouden van onderde-
len van het toestel. Dit zou de functionaliteit van het
toestel sterk kunnen beïnvloeden. Gebruik enkel Hilti
spray of gelijkwaardig.
● Vuil van DX schiethamers bevat stoffen die gevaar-
lijk zouden kunnen zijn voor uw gezondheid.
– Adem niet in het stof dat ontstaat door reinigen
– Hou het stof weg van voedsel
– Was uw handen na het reinigen van het toestel
aa
8.3
Machine demonteren
1. Zorg ervoor dat er zich geen patroonstrips of nagels
in de machine bevinden. Indien er zich een patroon-
strip of een nagel in de machine bevindt, dient u de
patroonstrip met de hand langs boven te verwijderen
en verwijder eveneens de nagel uit de boutgeleiding.
2. De zijdelings aangebrachte ontgrendeling van de
boutgeleider indrukken.
3. Schroef de boutgeleider en het magazijn eraf.
4. Maak de stopring los door de boutgeleider open te
klappen.
5. Verwijder de plunjer.
aa
8.4
Buffer en plunjer op slijtage controleren
Buffer vervangen als
● de metalen ring los raakt of gebroken is
● de buffer niet meer op de boutgeleider vast staat
● er onder de metalen ring plaatselijk veel rubberdeel-
tjes te zien zijn
Plunjer vervangen als
● hij gebroken is
● te sterk versleten is (b.v. uitbreken van segment 90º)
● de plunjerringen gebroken zijn of ontbreken
● de plunjer krom geworden is (controleren door rol-
len op een plat vlak).
OPMERKING:
● Gebruik geen versleten plunjer en voer geen mani-
pulaties aan de plunjer uit.
ATTENTIE