Riello Burners 40 Manuel D'entretien page 48

DEFECTEN / OPLOSSINGEN
Hier volgt een lijst van enkele oorzaken en mogelijke oplossingen voor een reeks van onregelmatigheden die
zouden kunnen voorkomen, en het niet werken of een onregelmatige werking van de brander tot gevolg zou-
den kunnen hebben. Een onregelmatigheid bij de werking, heeft in de meeste gevallen de ontsteking van de
melding in de ontgrendelingsknop van de controle- en commandodoos tot gevolg (7, fig. 1, pag. 1).
Als dat lampje brandt, kan de brander alleen opnieuw worden gestart nadat u de ontgrendelingsknop hele-
maal ingedrukt heeft. Is er een normale ontsteking, dan kan deze onverwachte branderstop toegeschreven
worden aan een tijdelijk en ongevaarlijk probleem. Als daarentegen de vergrendeling blijft duren, dient u de
oorzaak van het defect in onderstaande tabellen op te zoeken en de oplossingen uit te voeren.
MOEILIJKHEDEN BIJ DE ONTSTEKING
DEFECTEN
De brander start niet bij
het sluiten van de limiet-
thermostaat.
De brander doorloopt de
fases van voorventilatie
en ontsteking normaal
maar wordt vergrendeld
na ongeveer 5 sec.
De brander start maar
met een vertraagde ont-
steking.
De brander vergrendelt
na de voorventilatie om-
dat de vlam niet ontsto-
ken werd.
3287
MOGELIJKE OORZAKEN
Geen elektrische voeding
(Geen stroom).
Er is geen gas.
De gasdrukschakelaar sluit het con-
tact niet.
De aansluitingen van de elektronische
controledoos zijn
aangebracht.
De luchtdrukschakelaar
overgeschakeld naar werkingsstand.
Het motortje voor het openen van de
klep is defect.
Aansluiting fase-nulleider omgedraaid.
Geen of onvoldoende aarding.
De ionisatiesonde is in verbinding met
de massa of komt niet in contact met de
vlam; of de verbinding met de controle-
doos is verbroken of er is geen isolatie
met de massa.
De ontstekingselektrode is slecht
geplaatst.
Te sterk luchtdebiet.
De ventielrem is te gesloten, met on-
voldoende gasuitstroming.
De elektromagnetische kleppen laten
te weinig gas door.
De ventielen zijn defect.
De elektrische ontstekingsboog ont-
breekt of is onregelmatig.
Aanwezigheid van lucht in de bebui-
zing.
Check de spanning aan de klemmen
L1 - N van de 7-polige stekker.
Check de zekeringen.
Controleer of de veiligheidsthermo-
staat niet vergrendeld is.
Controleer de opening van de afsluit-
klep.
Controleer of de ventielen omgescha-
keld hebben in de open positie, en of
er geen kortsluitingen zijn.
Regel hem.
niet correct Check alle aansluitingen.
is
Vervang de drukschakelaar.
Controleer de verbinding of vervang
het motortje.
Wissel ze om.
Maak ze efficiënt.
Controleer de correcte positie, en her-
stel zo eventueel volgens de aandui-
dingen in deze handleiding.
Herstel de elektriciteitsverbinding.
Vervang de defecte verbinding.
Correct afstellen zoals uitgelegd in de-
ze handleiding.
Luchtdebiet afstellen zoals uitgelegd in
deze handleiding.
Voer een correcte regeling uit.
Controleer de netwerkdruk en/of regel
de elektromagnetische
wordt aangeduid in deze handleiding.
Vervang ze.
Controleer de correcte plaatsing van
de connectors.
Controleer de exacte positie van de
elektrode, volgens de aanduidingen in
deze handleiding.
Ontlucht volledig de voedingslijn van
het gas.
14 NL
OPLOSSINGEN
klep, zoals