Dagelijks gebruik
Machine inschakelen
Draai de programmakeuzeknop op een programma. De
machine is ingeschakeld.
Openen van de deur en was-
goed in de trommel doen
1. Open de deur.
2. Vul de trommel met
wasgoed (druk het niet
aan).
Let op! Laat het was-
goed niet tussen de
deur en de rubber pakking
terecht komen.
3. Doe de vuldeur goed
dicht. U moet een dui-
delijke klik horen.
LAGE TEMP.
Als deze toets wordt ingedrukt vindt het drogen plaats bij
een lagere temperatuur, voor fijne artikelen. Het bijbeho-
rende lampje gaat branden. Deze functie kan ook worden
gebruikt voor tijdgestuurd drogen.
TEXTIEL
Druk herhaaldelijk op de toets Textiel om de gewenste
optie te selecteren. Het desbetreffende lampje licht op. U
kunt 2 verschillende opties selecteren: KATOEN
clus: te gebruiken voor katoen, en SYNTHETICA
gebruiken voor synthetische en tere weefsels.
Het programma starten
Druk op de START / PAUZE
wordt gestart.
2) Alleen drogers met zoemertoets
8
Het programma selecteren
Draai de programmakeuze-
knop op het gewenste pro-
gramma. Het lampje
START / PAUZE
begint
te knipperen.
cy-
: te
toets. Het programma
1
2
Extra functies selecteren
U kunt kiezen uit de volgende extra functies:
toets 1 - FIJNE WAS
toets 2 - TEXTIEL
De fase van het programma wordt aangegeven met bij-
behorende lampjes; lampje 6- Drogen
ANTI-KREUK / EINDE
Het programma veranderen
Om een programma te veranderen dat per ongeluk is ge-
kozen, moet u nadat het programma gestart is, eerst de
programmakeuzeknop op "O" - UIT zetten. Het program-
ma wordt geannuleerd.
Als het programma eenmaal begonnen is, kan het
niet meer veranderd worden. Als er desondanks
wordt geprobeerd om het programma op de programma-
knop te wijzigen of als er op een functietoets (behalve de
2)
ZOEMER toets
) wordt gedrukt, begint de led op de
START / PAUZE
toets tijdelijk rood te knipperen. Het
droogprogramma wordt hierdoor echter niet beïnvloed
(wasgoedbescherming).
6
4
5
3
, lampje 5-
.