Nederlands
Motor starten/afzetten
Bedieningselementen
Bedieningshandgreep op de
draagbeugel
STOP-
START
4
5
6
3
7
2
1
Gashendelblokkering
2
Gashendel
3
Combischakelaar
114
Bedieningshandgreep op de steel
(maaiboom)
2
1
Gashendelblokkering
2
Gashendel
3
Combischakelaar
1
Standen van de combischakelaar
4
STOP-0 – motor uit – de ontsteking
is uitgeschakeld
F – werkstand – de motor draait of
5
kan aanslaan
6
START – starten – de ontsteking is
ingeschakeld – de motor kan
aanslaan
Symbool op combischakelaar
7
h – stopteken en pijl – voor het
afzetten van de motor de
combischakelaar in de richting van
de pijl op het stopteken (h) in stand
STOP-0 schuiven
Starten
N
7
N
4
N
5
3
N
6
1
N
g bij koude motor
e bij warme motor – ook als de motor
N
FS 120, FS 120 R, FS 200, FS 250, FS 250 R
Vervolgens de gashendelblokkering
en de gashendel indrukken
De beide hendels ingedrukt houden
Combischakelaar in stand START
schuiven en eveneens in deze
stand houden
Vervolgens de gashendel,
combischakelaar en
gashendelblokkering loslaten =
startgasstand
9
8
Chokeknop (8) afstellen
reeds heeft gedraaid, maar nog
koud is
Balg (9) van de benzinepomp ten
minste 5-maal indrukken – ook als
de balg met benzine is gevuld