C
Gebruik van het toestel
Installatie
Alvorens het toestel te gebruiken dient u eerst volgende instructies te lezen.
Ventilatie van het toestel
Teneinde de efficiëntie van het koelsysteem te verbeteren en energie te besparen, dient
u een goede ventilatie te voorzien rondom het toestel. Om deze reden dient voldoende
ruimte rond het toestel voorzien te worden. We raden u aan minstens 50-70 mm ruimte te
laten tussen de achterkant van het toestel en de muur, minstens 100 mm aan de voorzijde,
minstens 100 mm aan de zijkanten en een minimumhoek van 135° om de deuren makkelijk
te kunnen openen. Gelieve volgende schema's te raadplegen:
OPMERKING
Dit toestel werkt correct in de klimaatklassen N / ST die op volgende tabel
aangeduid worden. Het is mogelijk dat dit toestel niet optimaal werkt
wanneer de temperatuur gedurende een lange periode onder de aanbevolen
waarde blijft.
• Installeer uw toestel op een droge plek om te vermijden dat vocht uw toestel beschadigt.
• Stel het toestel niet bloot aan rechtstreekse zonnestralen, regen of vrieskou. Installeer uw
toestel uit de buurt van warmtebronnen, zoals ovens, schoorstenen of radiatoren.
Het toestel waterpas plaatsen
• Om de koelkast goed af te stellen en een goede luchtcirculatie aan de achterkant van het
toestel te garanderen, dient u de afstelling van de poten te regelen. U kunt deze instellen
met een aangepaste sleutel.
• Laat de deuren automatisch sluiten, laat het bovenste deel van koelkast ongeveer 10 mm
overhellen.
38
NL
Klimaatklasse
SN
N
ST
T
100
100
966
Omgevingstemperatuur
+10°C tot +32°C
+16°C tot +32°C
+16°C tot +38°C
+16°C tot +43°C