Haakopening druppelvorm:
Bevestigingsplaat (aanhangerkoppeling):
Afstandsbedieningkabel:
Stroomkabel:
Gewicht:
Levering
Neem het apparaat uit de transportverpakking en controleer
de volledigheid en de aanwezigheid van de volgende
onderdelen:
Bedieningskabel met aan/uit-schakelaar
•
Stroomkabel met 2 massaklemmen
•
9 m trekkabel met haak
•
Adapterplaat voor aanhangerkoppeling
•
Handslinger
•
Katrol
•
Gebruiksaanwijzing
•
Indien onderdelen uit de levering beschadigd zijn, neem
contact met uw handelaar.
Beschrijving van het apparaat (afb. A)
1.
Handslinger
2.
Behuizing van de kabellier
3.
Bedieningskabel
4.
Aan/uit-schakelaar
5.
Aansluiting bedieningskabel
6.
Lasthaak
7.
Katrol
8.
Stroomkabel
9.
Adapterplaat
10.
Sterknop
11.
Aansluitcontactdoos bedieningskabel
12.
Aansluitcontactdoos stroomkabel
13.
Stroomkabelklem
Sluit het netsnoer
14.
Gebruik volgens de bepalingen
De elektrische kabellier is uitsluitend te gebruiken voor het
trekken van de in de technische gegevens aangegeven
lasten. De elektrische kabellier dient goed bevestigd te zijn en
mag enkel met een voor deze werkzaamheden geschikte 12
V accu gebruikt worden. De elektrische kabellier is niet
geschikt voor het heffen van lasten.
Met deze machine mogen geen andere werkzaamheden
verricht worden dan de werkzaamheden waarvoor de
machine is gebouwd en die in de gebruiksaanwijzing worden
beschreven. Ieder ander gebruik geldt als niet volgens deze
gebruiksregels. De producent is voor de eventuele hieruit
ontstane schades niet aansprakelijk. Let er op dat dit
apparaat, volgens bepalingen, niet voor industriële
toepassing is geconstrueerd.
Algemene veiligheidsaanwijzingen &
voorzorgmaatregelen
WAARSCHUWING
veiligheidsinstructies en aanwijzingen. Het niet opvolgen
van veiligheidsinstructies en aanwijzingen kan elektrische
schok, brand en/of zware letsels veroorzaken.
Bewaar alle veiligheidsinstructies en aanwijzingen voor
de toekomst.
Dit apparaat mag niet door personen (inclusief kinderen) met
beperkte fysieke, sensorische of geestelijke bekwaamheden
of met een gebrek aan ervaringen en/of kennis gebruikt
worden, m.u. daarvan dat zij, voor hun eigen veiligheid, door
een bevoegde persoon worden gecontroleerd of van deze
persoon instructies hebben gekregen hoe het apparaat
gebruikt dient te worden.
95x30-60 mm
230x125 mm
3 m
4,5 m
15 kg
Lees alle
Op kinderen moet gelet worden om vast te stellen dat zij niet
met het apparaat spelen.
MAAKT U ZICH GRONDIG MET ALLE AANWIJZINGEN
VERTROUWD VOORDAT U DIT WERKTUIG GAAT
GEBRUIKEN!
WERKRUIMTE SCHOON HOUDEN. Wanorde in de
•
werkomgeving leidt sneller tot ongevallen.
OP BEHOORLIJKE WERKOMSTANDIGHEDEN
•
LETTEN. Werktuigen niet rond vochtige, natte of slecht
verlichte plaatsen gebruiken. Niet aan regen blootstellen.
Werkruimte goed verlichten. Geen elektrisch
aangedreven werktuigen in de buurt van brandbare
gassen of vloeistoffen gebruiken.
NIET IN GEBRUIK ZIJNDE UITRUSTINGEN
•
OPBERGEN. Als werktuigen niet worden gebruikt,
moeten deze op een droge, afsluitbare plaats bewaard
worden om roestvorming te vermijden. Apparaten altijd
in een afsluitbare ruimte bewaren zodat kinderen geen
toegang tot deze ruimte hebben.
WERKTUIG NIET OVERBELASTEN. Het werktuig werkt
•
het beste en veiligste bij het vermogen waarvoor deze is
geconstrueerd. Het is verboden te proberen m.b.v. een
niet standaard aanbouw het vermogen van het werktuig
te verbeteren.
HET JUISTE WERKTUIG VOOR DE JUISTE
•
WERKZAAMHEDEN GEBRUIKEN. Een werktuig mag
niet voor een doel gebruikt worden waarvoor het niet
ontwikkeld is.
DE JUISTE KLEDING DRAGEN. Geen losse
•
kledingstukken of sieraden dragen omdat het gevaar
bestaat dat deze in de bewegende onderdelen komen.
Het wordt aanbevolen antislipschoenen te dragen. Lang
haar moet met een geschikte hoofdbedekking bij elkaar
gehouden worden. Er moet altijd geschikte werkkleding
gedragen worden.
OOG-, GEHOOR EN ADEM BESCHERMERS
•
DRAGEN. Tijdens werkzaamheden, waarbij metaal- of
houtspanen ontstaan, moet altijd een aan de wettelijke
voorschriften aangepaste veiligheidsbril gedragen
worden. Tijdens werkzaamheden, waarbij metaalstof,
houtstof en chemische stoffen en nevel ontstaan, moet
altijd een aan wettelijke voorschriften aangepaste
stofmasker of een adem beschermend apparaat
gedragen worden. Bij werkzaamheden met veel geluid
moet altijd een gehoorbeschermer gedragen worden.
STROOMKABEL NIET MISBRUIKEN. De stroomkabel
•
moet tegen beschadigingen door mechanische
invloeden, trekken of corrosieve stoffen beschermd
worden. Netstekker niet aan de aansluitkabel uit het
stopcontact trekken.
NIET BOVEN DE MACHINE REIKEN. Er altijd op letten
•
dat men veilig staat en geen positie aanneemt waarin de
balans bedreigd is. Niet boven een in gebruik zijnde
machine grijpen.
WERKTUIGEN ZORGVULDIG ONDERHOUDEN.
•
Werktuigen moeten altijd goed en veilig functioneren
reden om deze steeds schoon te houden. De
smeerinstructies en aanwijzingen, betreffende het
vervangen van onderdelen, moeten nauwkeurig
opgevolgd worden. De stroomkabel regelmatig
controleren en deze bij beschadiging door een
gekwalificeerde vakman laten repareren. Alle
bewegende onderdelen en bevestigingsschroeven voor
het gebruik controleren. Schakelgreep en
stroomschakelaar altijd schoon, droog en vrij van olie en
vet houden.
STELSLEUTEL VERWIJDEREN. Er dient altijd
•
gecontroleerd te worden of de sleutel en de
verdeelsleutel van het werktuig of van de werkomgeving
van de machine verwijderd zijn voordat met
werkzaamheden wordt aangevangen.
ONBEDOELD INSCHAKELEN VERMIJDEN. De
•
schakelaar pas bedienen als alle voorbereidende
werkzaamheden beëindigd zijn.
30