InstallatIe
Montage
10.3 elektriciteit aansluiten
GEVAAR Elektrische schok
Voer alle werkzaamheden voor elektriciteitsaansluitin-
gen en installatie uit conform de voorschriften.
GEVAAR Elektrische schok
Zorg ervoor dat het toestel is aangesloten op de aard-
leiding.
Het toestel moet op alle polen met een afstand van
minstens 3 mm van de aansluiting van het net kunnen
worden losgekoppeld.
GEVAAR Elektrische schok
De toestellen zijn bij levering uitgerust met een elektri-
sche aansluitkabel (DHM 3 met stekker).
Een aansluiting op een vaste elektrische leiding is moge-
lijk, als die minstens dezelfde diameter heeft als de
standaardaansluitkabel. De maximale kabeldoorsnede
bedraagt 3 x 6 mm².
Materiële schade
!
Zorg er bij aansluiting op een geaard stopcontact (bij
toepassing van een elektrische aansluitkabel met stekker)
voor dat het geaarde stopcontact na installatie van het
toestel vrij toegankelijk is.
84
| DHM
Materiële schade
!
Neem de gegevens op het typeplaatje in acht. De aange-
geven spanning moet overeenkomen met de netspan-
ning.
f Sluit de elektrische aansluitkabel conform het elektriciteits-
f
schakelschema aan (zie het hoofdstuk "Technische gegevens /
elektriciteitsschakelschema").
www.stiebel-eltron.com