5.2.2
Ophangen boiler
VOORZICHTIG:
Gevaar voor lichamelijk letsel door vallende boiler
▶ Monteer de boiler met 2 personen.
▶ Waarborg, dat de cv-ketel correct is ingehangen.
OPMERKING:
▶ Respecteer de montage-instructies van de cv-ketel in de separate in-
stallatie- en onderhoudshandleiding.
▶ Monteer de boiler met beugels of een ophangbeugel aan de wand.
▶ Plan bij de montage voldoende afstand in tussen de cv-ketel en de
boiler.
5.2.3
Circulatie
Aansluiting van een circulatieleiding:
▶ Bouw een voor drinkwater toegelaten circulatiepomp en een
terugslagklep in.
Geen aansluiting van een circulatieleiding:
▶ Sluit en isoleer de aansluiting.
De circulatie is, rekening houdend met de afkoelverliezen, alleen met een
tijd- en/of temperatuurgestuurde watercirculatiepomp toegestaan.
De dimensionering van circulatieleidingen conform DVGW werkblad W
553 vastleggen. Houd de speciale instructies conform DVGW W 511
aan:
• Temperatuurdaling maximaal 5 K
Voor het eenvoudig aanhouden van het maximale temperatuurverval:
▶ Regelventiel met thermometer inbouwen.
5.2.4
Aansluiting aan cv-zijde
▶ Warmtewisselaar in de meetstroommodus aansluiten, dus de aan-
voer- en retouraansluiting niet verwisselen. Daardoor wordt een ge-
lijkmatige boilervulling in de bovenkant van de boiler gerealiseerd.
▶ Vulleidingen zo kort mogelijk uitvoeren en goed isoleren. Daardoor
worden onnodige drukverliezen en het afkoelen van de boiler door
buiscirculatie en dergelijke voorkomen.
Boiler op dezelfde hoogte als de cv-ketel gemonteerd:
▶ vul de warmtewisselaar bij losgedraaide beschermdoppen tot er cv-
water naar buiten komt. Sluit de beschermdoppen weer.
▶ Geen terugslagklep nodig.
Boiler niet op dezelfde hoogte als de cv-ketel gemonteerd:
▶ Op de hoogste positie tussen boiler en cv-toestel, ter vermijding van
storingen door luchtinsluiting, een doeltreffende ontluchting (bij-
voorbeeld ontluchter) voorzien.
▶ Ter vermijding van natuurlijke circulatie in de boilerretour een terug-
slagklep inbouwen.
-of-
▶ voer buizen die rechtstreeks op de boileraansluitingen worden aan-
gesloten zodanig uit, dat natuurlijke circulatie niet mogelijk is.
H65.2W – 6720872565 (2018/05)
5.2.5
Waterzijdig aansluiten
OPMERKING:
Schade door contactcorrosie aan de boileraansluitingen!
▶ Bij aansluiting aan de drinkwaterkant in koper: aansluitfitting van
messing of roodkoper gebruiken.
▶ De aansluiting op de koudwaterleiding conform DIN 1988-100 en ge-
bruik makend van geschikte afzonderlijke armaturen of een complete
veiligheidsgroep maken.
▶ Het typegoedgekeurde veiligheidsventiel moet minimaal de volume-
stroom kunnen uitblazen, die door de ingestelde volumestroom op de
koudwateringang wordt begrensd ( hoofdstuk 6.2 op pagina 25).
▶ De typegoedgekeurde veiligheidsklep moet zodanig zijn ingesteld,
dat het overschrijden van de toegestane boilerbedrijfsdruk wordt
voorkomen.
▶ De uitblaasleiding van het overstortventiel moet in het tegen bevrie-
zing beschermde gebied via een afwatering uitmonden, waarbij de
plaats vrij moet kunnen worden geobserveerd. De diameter van de
uitblaasleiding moet ten minste overeenstemmen met de diameter
van de uitgang van de veiligheidsklep.
OPMERKING:
Schade door overdruk!
▶ Wanneer een terugslagklep wordt gebruikt:de veiligheidsklep tussen
de terugslagklep en de boileraansluiting (koud water) monteren.
▶ Uitblaasopening van de veiligheidsklep niet afsluiten.
▶ In de buurt van de uitblaasleiding van de veiligheidsklep een waar-
schuwingsbordje met de onderstaande tekst aanbrengen: "Tijdens
het verwarmen kan op veiligheidstechnische gronden water uit de
uitblaasleiding komen! Niet afsluiten!"
Wanneer de rustdruk van de installatie hoger wordt dan 80 % van de aan-
spreekdruk van het overstortventiel:
▶ Drukverminderaar voorschakelen.
Waterzijdige aansluiting op de onderzijde van de boiler:
▶ Plaats een lange dompelbuis in de warmwateraansluiting.
▶ Plaats een korte dompelbuis in de koudwateraansluiting.
▶ De aftapkraan op de koudwateraanvoer monteren.
Waterzijdige aansluiting op de bovenzijde van de boiler:
▶ Plaats een lange dompelbuis in de koudwateraansluiting.
▶ Plaats een korte dompelbuis in de warmwateraansluiting.
5.2.6
Drinkwaterexpansievat
Om waterverlies via de veiligheidsklep te voorkomen, kan een voor
drinkwater geschikt expansievat worden gemonteerd.
▶ Het expansievat in de koudwaterleiding tussen de boiler en de veilig-
heidsgroep monteren. Daarbij moet het expansievat iedere keer dat
water wordt getapt met drinkwater worden doorstroomt.
De onderstaande tabel geeft een oriëntatiehulp voor de maatvoering van
een expansievat. Bij een verschillende nuttige inhoud van de afzonderlij-
ke fabrikanten van expansievaten kunnen afwijkende grootheden optre-
den. De gegevens hebben betrekking op een boilertemperatuur van
60 °C.
5
Montage
23