Afstandsbedieningssensor 2; Display 3; Usb-Ingang Op Het Voorpaneel 6; Bluetooth-Verbinding - Rotel RA‑1570 Manuel De L'utilisateur

Table des Matières

Publicité

Les langues disponibles
  • FR

Les langues disponibles

  • FRANÇAIS, page 16
Nederlands
OPMERKING: Omdat de gevoeligheid van luidsprekers en
hoofdtelefoons sterk kan verschillen, adviseren wij u het geluidsvolume
altijd te verlagen alvorens een hoofdtelefoon aan te sluiten of te
verwijderen.

Afstandsbedieningssensor 2

Dit sensorvenster ontvangt infrarood commando's van de afstandsbediening.
Blokkeer deze sensor niet.

Display 3

Op het display op het voorpaneel zijn de gekozen bron, het volumeniveau
en de tooninstellingen te zien.

USB-ingang op het voorpaneel 6

Zie afbeelding 6
Op de USB-ingang op het voorpaneel kan een iPod, iPhone, USB
flashgeheugen of de bijgeleverde Bluetooth-dongle worden aangesloten om
draadloos muziek te kunnen streamen. U hoeft een iPod of iPhone alleen
maar op de USB-ingang op het voorpaneel aan te sluiten en de USB-functie
te kiezen met de bronkeuzeschakelaar. De iPod en iPhone blijven actief,
waardoor u audio kunt zoeken en afspelen.

Bluetooth-verbinding

Steek de meegeleverde Bluetooth-dongle in de USB-ingang op het voorpaneel
van de RA‑1570 om via Bluetooth draadloos muziek vanaf uw apparaat
(bijv. uw mobiele telefoon) te streamen. Zoek op uw mobiele apparaat naar
'Rotel Bluetooth' en maak hiermee verbinding. Normaal gesproken wordt
er automatisch verbinding gemaakt, maar mocht er om een wachtwoord
gevraagd worden, voer dan '0000' in op uw apparaat.
OPMERKING: Niet alle Bluetooth‑dongles zullen werken met de RA‑
1570. Gebruik de bijgeleverde dongle.

Geluidsregelingen

VOLUME-regeling
4
B
Draai de knop rechtsom (met de klok mee) om het geluid harder weer te
geven of linksom (tegen de klok in) om het geluid zachter weer te geven.
Druk op de afstandsbediening op de toets voor volume + of – om het
geluid harder of zachter weer te geven. Met de toets MUTE
geluidsweergave helemaal uitschakelen.
Balans regeling
9
C
Met de balansregeling kunt u de balans tussen het linker- en rechtergeluidskanaal
regelen. De fabrieksinstelling is 'in het midden' of '0'. U kunt de balans
vanaf het voorpaneel wijzigen door op de toets MENU
in het display op het voorpaneel de modus BALANCE SETTING verschijnt.
Druk vervolgens op de toets – of + op het voorpaneel om de balans meer
naar LINKS of naar RECHTS in te stellen. De waarde kan uiteenlopen van
L15 tot R15.
OPMERKING: Ook als de RA‑1570 wordt uitgeschakeld, worden
deze instellingen vast in het geheugen opgeslagen.
Als u de balansinstelling tijdelijk wilt wijzigen zonder deze na uitschakeling
op te slaan, druk u op de afstandsbediening op de toets BAL
menu BALANCE SETTING te selecteren en vervolgens op het pijltje naar
links of rechts
bent op de toets EXIT
Toonregelingsbypass
Voor een zo zuiver mogelijk geluid worden in de fabrieksinstelling de circuits
voor lage- en hogetonenregeling (toonregelingen) ongebruikt gelaten. Op het
display aan de voorkant van de versterker wordt TONE BYPASS getoond.
U kunt de toonregeling op het voorpaneel inschakelen door op de toets
MENU
bypassfunctie vervolgens met de toetsen met het pijltje naar – of + aan of uit.
OPMERKING: Ook als de RA‑1570 wordt uitgeschakeld, wordt deze
instelling vast in het geheugen opgeslagen.
Om de Toonregelingsbypass tijdelijk te wijzigen, drukt u op de toets BYPASS
K
op de afstandsbediening om de Bypass-modus in en uit te schakelen.
Lage- en hogetonenregelingen
U kunt de lage- of hogetonenregeling vanaf het voorpaneel instellen door
op de toets MENU
of Treble Setting) verschijnt. Pas de waarde vervolgens met de toets – of +
aan. De waarden voor de lage en hoge tonen lopen uiteen van ‑10 tot +10.
OPMERKING: Ook als de RA‑1570 wordt uitgeschakeld, worden
deze instellingen vast in het geheugen opgeslagen.
Druk op de afstandsbediening op de toets Bass of Treble
waarde vervolgens aan met de toets met het pijltje naar links of rechts
op de afstandsbediening.
Een goed ingesteld hoogwaardig audiosysteem levert het meest natuurlijke
geluid op als er zo weinig mogelijk aan toonregeling wordt ingesteld. Gebruik
deze regelingen daarom met mate. Wees met name voorzichtig als u deze
regelingen hoger instelt, omdat daardoor ook het uitgangsvermogen in het
lage- of hogetonenbereik toeneemt, waardoor de versterker en luidsprekers
zwaarder belast zullen worden.
OPMERKING: Door de lage‑ of hogetonenregelingen anders in
te stellen, wordt de toonregeling niet automatisch ingeschakeld.
Raadpleeg voor het inschakelen van de toonregeling het voorgaande
hoofdstuk over Toonregelingsbypass.
OPMERKING: De instellingen voor de toonregelingsbypass, lage
tonen, hoge tonen en balans worden alleen vanuit het menu vast
opgeslagen. Aanpassingen die met de toetsen
B
kunt u de
zijn slechts tijdelijk en worden niet opgeslagen als het apparaat wordt
uitgeschakeld.
Functieregeling
Met de functieregeling wordt de signaalbron gekozen. Druk op de
9
te drukken totdat
desbetreffende toets op het voorpaneel of de afstandsbediening om de
bron te selecteren waarnaar u wilt luisteren.
E
om de balansinstelling aan te passen. Druk als u klaar
F
om dit menu te verlaten.
9
K
9
te indrukken tot de bypassregeling wordt aangegeven. Schakel de
9
C
9
te drukken tot het desbetreffende instelmenu (Bass
8
J
51
C
om het
en pas de
C
E
CK
worden gedaan,

Publicité

Table des Matières
loading

Table des Matières