Gebruiksaanwijzing
∙
Zet hiervoor geschikt kookgerei midden op de plaat en doe de stekker in het stop-
contact
∙
Als eenmaal op het ON/OFF-vlakje wordt gedrukt, gaat het indicatielampje bran-
den. De Inductieplaat werkt op gemiddeld vemogen.
∙
Kles het gewenste vermogen (van 1 tot 10, of vn 10 tot 1)
∙
Werkwijze: druk op het Functie-vlakje voor selectje van POWER (vermogen), TEMP
(temperatuur) en TIMER (tijdsduur)
Vermogen: 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8, 9, 10
TEMP: 60°, 80°, 100°, 120°, 140°, 160°, 180°, 200°, 220°, 240°
TIMER: 0, 5, 10, 15, - 180, in stappen van 5 minuten.
Het toestel is voorzien van een bescherming tegen oververhitting. Als de pot of
pan te warm wordt, zal het toestel de stroomtoevoer automatisch uitschakelen.
Het vermogen is geschikt voor het koken van water en soepen.
Als u vlees of groeten wilt roosteren, maak dan gebruik van de temperatuurfunctie
om oververhitting te vermijden.
∙
De vooraf ingestelde temperatuur – en tijdwaarden zijn 120° resp. 00
∙
Deze inductie kookplaat is met een geheugenfunctie uitgerust. De ingestelde
waarden voor vermogen, temperatuur en tijdsduur worden direct opgeslagen als u
van POWER naar TEMP en weerterug naar POWER schakkelt.
∙
Wilt u de TIMER-functie annuleren, druk dan op AN/AUS. Om opnieuw te begin-
nen, ook op AN/AUS drukken.
Geschikt en ongeschikt kookgerel
∙
Geschikte pannen
Pannen/ketels met vlakke bodem met een diameter van 12 tot
26 cm van staal of gletizer geemailleerdijzer, roestvrijstaal.
∙
Ongeschikte pannen
Pannen/ketels van hittebestendig glas, aardewerk, koper of aluminium, Pannen/
Ketels met gewelfde bodem of met aan diameter van minder dan 12 cm.
∙
Oppassen dat de bodem niet te dun of vervormd is.
17