Druk hiervoor gedurende 3 seconden op de
SELECT-toets
Druk op de SET / RESET-toets
temperatuureenheden °C (Celsius) en °F
(Fahrenheit) te kiezen.
Druk op de SELECT-toets om uw invoer te
bevestigen.
Minimale / maximale
waarde oproepen
Het weerstation slaat de maximale en minimale
waarden op van alle verbonden buitensensors en
van het weerstation zelf.
Druk op de SELECT-toets
waarden van de binnen-
ratuur
Druk opnieuw op de SELECT-toets om de mi-
nimale waarden van de binnen- en buitentem-
peratuur op te roepen.
Druk de SET / RESET-toets
gave van de maximale en minimale waarden,
in om de waarden terug te zetten.
Druk op de SELECT-toets om terug te keren
naar de standaardweergave.
Temperatuurtrend weergeven
Na succesvolle verbinding met de buitensensor
worden de temperatuurtrend voor buiten
de temperatuurtrend voor binnen
44 NL/BE
. De weergave °C knippert.
19
op te roepen.
17
, om uit de
20
om de maximale
19
en buitentempe-
4
tijdens de weer-
20
weergegeven.
5
en
1