• Neem bij geval van twijfel contact op met een
gekwalificeerde elektricien.
8.1.3 Aardlekschakelaar controleren
Bij de controle van de aardlekschakelaar worden alle
op het net aangesloten verbruikers tijdelijk uitgescha-
keld.
• Koppel eventueel vooraf de verbruikers van het net.
• Controleer na het opnieuw inschakelen van de
aardlekschakelaar de aangesloten verbruikers op
hun werking.
De aardlekschakelaars kunnen optisch en qua bediening van
elkaar verschillen.
De controle gebeurt in de regel door de bediening van een
testknop waardoor de veiligheidsschakelaar in werking
treedt.
Na de activering moet de activeringshendel van de veilig-
heidsschakelaar weer in de uitgangspositie worden terugge-
zet.
Aardlekschakelaar (FI) controleren
• Bedien de controletoets (T) (2).
De veiligheidsschakelaar wordt geactiveerd (3) (klik!)
• Zet de activeringshendel (1) weer in de uitgangspositie
terug.
• Als bij het testen storingen optreden, wendt u zich
onmiddellijk tot een elektrovakkracht.
• Gebruik het defecte apparaat niet verder.
16
8.1.4 Plafondbevestiging controleren
• Controleer de plafondbevestiging (bijv. haken, pluggen) op
een correcte bevestiging.
• Vervang eventueel de bevestiging voor het apparaat, om
een omlaag vallen te voorkomen.
8.1.5 Apparaat reinigen
• Reinig het apparaat regelmatig om hardnekkig vuil op het
oppervlak te voorkomen.
Ö
zie hoofdstuk "Reiniging"
9. Onderhoud
De in dit hoofdstuk beschreven activiteiten
mogen uitsluitend door een gekwalificeerde
elektrovakkracht worden uitgevoerd!
9.1 Controle van het apparaat in het niet
commerciële bereik
Voor een continue en veilige werking raden wij aan om het
apparaat regelmatig door een gekwalificeerde elektricien te
laten controleren.
• Laat het apparaat regelmatig door een gekwalificeerde
elektricien op een correcte werking controleren.
• Neem contact op met een elektricien als tijdens het
gebruik schade aan het apparaat optreedt.
• Laat de schade onmiddellijk door een gekwalificeerde
elektricien verhelpen.
• Neem de landelijke wettelijke voorschriften en bepalingen
van het betreffende land in acht.
9.2 Controle van het apparaat in industriële
omgeving
Bij gebruik van het apparaat in een industriële omgeving
moet de bediener / gebruiker het apparaat volgens regelma-
tige intervallen door een elektrovakkracht op reglementaire
toestand laten controleren.
Mocht er tijdens het gebruik schade aan het apparaat
optreden, moet deze onmiddellijk worden opgelost.
• Laat het apparaat met regelmatige tussenpozen door een
elektrovakkracht controleren.
• Neem de landelijke wettelijke voorschriften en bepalingen
van het betreffende land in acht.