Hint: De automatische temperatuurcompensatie bij de kalibratie
i
Zowel het signaal, afgegeven door de pH-elektrode, als de pH-waarde van de
kalibreeroplossingen zijn afhankelijk van de temperatuur. Is een temperatuur-
sonde aangesloten? Dan wordt de temperatuurinvloed van de elektrode zowel
automatisch gecompenseerd tijdens het meten als tijdens het kalibreren. Als alternatief kunt
u de feitelijke temperatuur van de desbetreffende buffer zo nauwkeurig mogelijk invoeren.
Maakt u gebruik van standaardbuffers of DIN-buffers? Dan worden bovendien ook de tem-
peratuurinvloeden van de buffer gecompenseerd. Bij handmatige bufferselectie moet u de
pH-waarden van de buffers bij de bijbehorende temperatuur invoeren om een zo nauwkeurig
mogelijke kalibratie te verkrijgen.
5.3 Kalibreerherinnering
Stel een herinnering in om periodiek de kalibreergegevens te controleren: (<SEt PArA> : C.int).
De geselecteerde interval in tijd is daarbij afhankelijk van de toepassing en van de stabiliteit
van de elektrode. Is de ingestelde intervalduur verstreken? Dan knippert de uitlezing >CAL<
om u daaraan te herinneren.
5.4 Geheugen voor kalibreergegevens
Het meetinstrument slaat de laatste zestien kalibraties op (inclusief vermelding van mee-
tresultaat en datum-/tijdstempel). U kunt de opgeslagen kalibreergegevens zowel uitlezen
met behulp van het PC-programma GSOFT3050 of via het menu <rEAd CAL>. (Raadpleeg
daartoe paragraaf 4.3).
5.5 pH-Meting
De pH-meting is een uiterst nauwkeurige meting maar tevens een gevoelige meting. De gemeten
signalen zijn zeer zwak (hoogohmig), in het bijzonder als u in zwakke media meet of als u in
media meet die arm aan ionen zijn. Let er daarom op, dat
• u storingen vermijd, die bijvoorbeeld ontstaan als gevolg van elektrostatische ladingen
• u stekkercontacten droog en schoon houdt
• elektroden niet verder dan de schacht onderdompelt
• u de elektrode voldoende vaak kalibreert. De kalibreerfrequentie hangt af van de
elektrode en van de toepassing. De kalibreerinterval kan liggen tussen een uur en een
aantal weken
• u een geschikte elektrode toepast
a)
b)
SD_305_pH/ORP_1 04/2021
Spoel de elektrode met gedestilleerd water of met ge-
deïoniseerd water. Droog de elektrode voorzichtig met
een papieren doekje.
Dompel de pH-elektrode onder (incl. een temperatu-
ursonde) in de monsteroplossing. Zorg voor voldoende
aanstroming. Handel daartoe als volgt:
a) gebruik een magnetisch roerijzer met roervin (aan-
bevolen) of
b) zwenk de pH-elektrode in de oplossing heen en weer.
Nu kunt u – in de bedrijfsmodus – de meetwaarde van
het scherm aflezen. Onderbreek daartoe het roeren. Een
indicatiepijl boven [OK] wijst op een stabiele meetwaarde.
161