NL
■
Trek het snoer er niet met geweld tot aan de aanslag uit. Het snoer mag maximaal
tot aan de rode markering worden uitgetrokken. De gele markering geeft de optimale
snoerlengte aan.
■
Schakel de stofzuiger pas in wanneer u hebt vastgesteld dat alle onderdelen
compleet zijn gemonteerd en het stofreservoir en de fi lters op de juiste wijze zijn
geplaatst en volledig droog zijn.
Op het uiteinde van de zuigslang bevindt zich een luchtregelaar waarmee u zo
nodig de zuigkracht kunt verlagen. Open de luchtregelaar wanneer u gordijnen,
tapijten of andere lichte, beweegbare voorwerpen wilt zuigen. Houd in de overige
gevallen de luchtregelaar gesloten.
1. Monteer de stofzuiger zoals beschreven in hoofdstuk „De stofzuiger monteren".
3. Steek de stekker in een correct geïnstalleerd, goed toegankelijk stopcontact.
7. Leid de zuigmond over het te reinigen oppervlak. U kunt de stofzuiger als een slee
achter u aan slepen.
8. Druk als u klaar bent met stofzuigen op de aan-/uitknop en trek de stekker uit het
stopcontact.
60
2. Het snoer bevindt zich aan de achterzijde in de stofzuiger,
onder de knop voor het oprollen van het snoer. Trek het
snoer uit de stofzuiger tot de gewenste lengte, maar ma-
ximaal tot de rode markering.
4. Druk op de aan-/uitknop om de stofzuiger aan te zetten.
5. Druk nogmaals op de aan-/uitknop om de stofzuiger weer
uit te zetten.
6. Stel de zuigkracht in met behulp van de zuigkrachtrege-
laar.
9. Houd het snoer vast en druk op de knop voor het oprollen
van het snoer. Het snoer wordt automatisch de stofzuiger
ingetrokken en opgerold.
10. Leeg het stofreservoir regelmatig (zie hoofdstuk „De stof-
zuiger reinigen") en berg de stofzuiger na gebruik op (zie
hoofdstuk „Opbergen").