Informatie Over De Bloeddruk - Hartmann Veroval duo control Mode D'emploi

3. Informatie over de bloeddruk

Voor het bepalen van de bloeddruk moeten twee waarden worden gemeten:
SYS - De systolische bloeddruk (bovendruk): dit is de druk op het moment dat
■ ■
de hartspier zich samentrekt en het bloed in de slagaderen wordt gepompt.
DIA - De diastolische bloeddruk (onderdruk): dit is de druk op het moment dat
■ ■
de hartspier uitzet en zich weer met bloed vult.
De bloeddrukwaarden worden weergegeven in mmHg.
■ ■
Voor een betere beoordeling van de resultaten bevindt zich links op de
Veroval duo control een verkeerslichtsysteem met verschillend gekleurde
®
indicatoren. Deze geven de resultaten meteen aan en helpen om de gemeten
waarden gemakkelijker te classificeren. De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO)
en de European Society of Cardiology (ESC) & European Society of Hypertension
(ESH) hebben het volgende overzicht ontwikkeld voor de indeling van de
bloeddrukwaarden:
Resultaat- Beoordeling
indicator
rood Hypertensie graad 3
oranje Hypertensie graad 2
geel Hypertensie graad 1
groen hoog normaal
groen normaal
groen optimaal
Classificatie van de bloeddruk in de praktijk en definitie van de mate van hypertensie
(Bron: 2018 ESC-/ESH-richtlijnen)
Er is sprake van een duidelijke hypertensie (verhoogde bloeddruk) als de
■ ■
gemeten systolische bloeddrukwaarde hoger is dan 140 mmHg en/of de
diastolische bloeddrukwaarde hoger is dan 90 mmHg.
Over het algemeen is er sprake van een lage bloeddruk (hypotensie) als
■ ■
de gemeten waarde lager is dan 105 over 60 mmHg. De grens tussen een
normale en een te lage bloeddruk is niet zo vast omschreven als de grens
voor een te hoge bloeddruk. Mogelijke symptomen van hypotensie zijn:
duizeligheid, vermoeidheid, neiging tot flauwvallen, wazig zien, of een
verhoogde hartslag. Om er zeker van te zijn dat het bij hypotensie of de
daarmee geassocieerde symptomen niet om verschijnselen van ernstige
ziekten gaat, moet bij twijfel een arts worden geraadpleegd.
IFU_Veroval_dc_SK2_0307622_2020-02-10.indd 57
Systolische druk
179 mmHg of en/of
hoger
160–179 mmHg en/of
140–159 mmHg en/of
130–139 mmHg en/of
120–129 mmHg en/of
tot 119 mmHg en
57
Nederlands
Diastolische
druk
109 mmHg of
hoger
100 –109 mmHg
90–99 mmHg
85–89 mmHg
80–84 mmHg
tot 79 mmHg
27.02.20 11:11
NL