Airwell CDM Série Manuel D'installation page 28

Table des Matières

Publicité

Les langues disponibles

Les langues disponibles

4. KOELMIDDELLEIDING
VOORZICHTIG
Controleer of het hoogteverschil tussen de binnen- en buitenunit en de totale lengte van de
koelmiddelleiding kloppen met de systeemvereisten.
Het werk aan de koelmiddelleiding komt na de installatie van de binnen- en buitenunit; sluit de leiding
eerst aan de binnenzijde aan, dan aan de buitenzijde.
Zorg er altijd voor dat het einde van de leidingen tijdens het installatieproces zijn afgedicht met een dop
of met tape en verwijder deze NIET totdat u zo ver bent dat u de leiding kunt aansluiten.
Zorg ervoor dat u alle bestaande leidingen over de hele lengte tot aan de aansluiting binnen de unit isoleert.
Blootliggende buizen kunnen condensvorming vormen of bij aanraking brandwonden veroorzaken.
4.1
FLARE-KOPPELEN
OPMERKING
Het gereedschap dat u voor het flare-koppelen
nodig heeft, bestaat uit: buissnijder, frees, flare-
gereedschap en een buishouder.
4.1.1 Gebruik een buissnijder om de buis op de
gewenste lengte te snijden. Zorg ervoor dat
de snijhoek 90° op de lengteas van de pijp
bedraagt.
Glad
4.1.2 Gebruik een frees om braam te verwijderen met
het snijvlak naar beneden, zodat de spaan niet
in de buis kan dringen.
4.1.3 Voer de flare-koppeling uit met behulp van flare-
gereedschap zoals hieronder weergegeven.
A (mm)
Buitendiameter
Max
8,7
Ø6,35 mm
12,4
Ø9,52 mm
15,8
Ø12,7 mm
19,0
Ø15,88 mm
23,3
Ø19,05 mm
4.1.4 Controleer of de flare-koppelingen correct
vast zitten. Hieronder ziet u voorbeelden van
leidingen die verkeerd zijn opgetrompt.
Hellend
Beschadigd
Oppervlak
VOORZICHTIG
Als u moet solderen, werk dan met stikstofgas.
Als het aandraaien niet goed gebeurt, kan de flare-koppeling beschadigd raken of er kan een gaslek ontstaan.
Ruw
Braam
Min
8,3
12,0
15,4
18,6
22,9
Gescheurd
Ongelijkmatige
dikte
4.2 LEIDING
4.2.1 Centreer en draai de flensmoer aan en
voltooi de verbinding met behulp van twee
moersleutels.
Flensmoer
Momentsleutel
Moersleutel
Leidingmaat
Ø6,35 mm
Ø9,52mm
Ø12,7mm
Ø15,88mm
Ø19,05mm
4.2.2. Selecteer het geschikte isolatiemateriaal voor
de koelmiddelleiding. (min. 10 mm, warmte-
isolatieschuim C)
Gebruik gescheiden thermische isolatiehulzen voor
gas- en vloeistofleidingen.
De bovenvermelde dikte geldt als standaard
bij een binnentemperatuur van 27°C en een
vochtigheidsgraad van 80%. Als u de montage
uitvoert in een omgeving met ongunstige
omstandigheden, zoals in de buurt van badkamers,
keukens en vergelijkbare plaatsen, dient u sterkere
isolatie te gebruiken.
De hitteresistentie van het isolatiemateriaal moet
boven de 120°C liggen.
Verbind de isolatiehulzen met behulp van de
plakstroken aan de uiteinden met elkaar, zodat
geen vocht kan binnendringen.
Repareer en bedek alle mogelijke scheuren in het
isolatiemateriaal en controleer vooral de bochten en
hangende delen.
Draaimoment
18 ~ 20 Nm
25 ~ 26 N.m
35 ~ 36 N.m
45 ~ 47 N.m
65 ~ 67 N.m
NL-12

Publicité

Table des Matières
loading

Table des Matières