Nederlands
Als het motorapparaat niet wordt
gebruikt, het apparaat zo neerleggen
dat niemand in gevaar kan worden
gebracht. Het motorapparaat zo
opbergen dat onbevoegden er geen
toegang toe hebben.
De gebruiker is verantwoordelijk voor
ongevallen die andere personen of hun
eigendommen overkomen, resp. voor
de gevaren waaraan deze worden
blootgesteld.
Het motorapparaat alleen meegeven of
uitlenen aan personen die met dit model
en het gebruik ervan vertrouwd zijn –
altijd de handleiding meegeven.
Het gebruik van geluid producerende
motorapparaten kan door nationale en
ook plaatselijke, lokale voorschriften
tijdelijk worden beperkt.
Wie met het motorapparaat werkt moet
goed uitgerust, gezond zijn en een
goede lichamelijke conditie hebben.
Wie zich om gezondheidsredenen niet
mag inspannen, moet zijn arts
raadplegen of het werken met een
motorapparaat mogelijk is.
Alleen voor dragers van een pacemaker:
het ontstekingsmechanisme van dit
apparaat genereert een zeer gering
elektromagnetisch veld. Beïnvloeding
van enkele typen pacemakers kan niet
geheel worden uitgesloten. Ter
voorkoming van gezondheidsrisico's
adviseert STIHL de behandelend arts en
de fabrikant van de pacemaker te
raadplegen.
Na gebruik van alcohol, medicijnen die
het reactievermogen beïnvloeden of
drugs mag niet met het motorapparaat
worden gewerkt.
92
Het motorapparaat alleen gebruiken
voor het snoeien (snoeien of
terugsnoeien van takken). Alleen in hout
en houtige voorwerpen zagen.
Voor andere doeleinden mag het
motorapparaat niet worden gebruikt –
kans op ongelukken!
Alleen die zaagbladen, zaagkettingen,
kettingtandwielen of toebehoren
monteren die door STIHL voor dit
motorapparaat zijn vrijgegeven of
technisch gelijkwaardige onderdelen. Bij
vragen hierover contact opnemen met
een geautoriseerde dealer. Alleen
hoogwaardig gereedschap of
toebehoren monteren. Als dit wordt
nagelaten is er kans op ongelukken of
schade aan het motorapparaat.
STIHL adviseert originele STIHL
gereedschappen, zaagbladen,
zaagkettingen, kettingtandwielen en
toebehoren te monteren. Deze zijn qua
eigenschappen optimaal op het product
en de eisen van de gebruiker
afgestemd.
Geen wijzigingen aan het apparaat
aanbrengen – uw veiligheid kan hierdoor
in gevaar worden gebracht. Voor
persoonlijke en materiële schade die
door het gebruik van niet-vrijgegeven
aanbouwapparaten wordt veroorzaakt is
STIHL niet aansprakelijk.
Voor het reinigen van het apparaat geen
hogedrukreiniger gebruiken. Door de
harde waterstraal kunnen onderdelen
van het apparaat worden beschadigd.
Kleding en uitrusting
De voorgeschreven kleding en uitrusting
dragen.
De kleding moet doelma-
tig zijn en mag tijdens het
werk niet hinderen.
Nauwsluitende kleding –
combipak, geen stofjas.
Geen kleding dragen waarmee men aan
takken, struiken of de bewegende delen
van het apparaat kan blijven haken. Ook
geen sjaal, das en sieraden dragen.
Lang haar in een paardenstaart dragen
en vastzetten (hoofddoek, muts, helm
enz.).
Veiligheidslaarzen met
protectie tegen snijwon-
den, een stroeve, slipvrije
zool en stalen neus
dragen.
Veiligheidshelm dragen
bij gevaar voor vallende
voorwerpen. Veiligheids-
bril dragen.
"Persoonlijke" gehoorbescherming
dragen – zoals bijv. oorkappen.
Robuuste werkhand-
schoenen van slijtvast
materiaal dragen
(bijv. leer).
STIHL biedt een omvangrijk programma
aan persoonlijke beschermuitrusting
aan.
HT 100, HT 101, HT 130, HT 131