8
De machine gebruiken
met slechts één diamant-
slijpschijf
Wanneer u de voorste diamantslijpschijf uit de
machine neemt, kunt u de machine ook gebruiken
voor het doorslijpen van bijvoorbeeld tegels.
Figuur 2
9
Groefdiepte
Na losdraaien van de kruisgreepschroef (4) kunt u
de machine (volgens de schaalverdeling 1) op de
gewenste zaagdiepte tussen 0 mm en 30 mm
instellen.
Draai de kruisgreepschroef vervolgens weer vast.
10 Het steenstof afzuigen
Om het steenstof af te zuigen dat tijdens de
werkzaamheden met de muurgroefzaag vrijkomt,
wordt de afzuigslang 30 344 (4 m) in de
opnameopening van de afzuiginrichting (5)
geplaatst. De bajonetverbinding voorkomt dat
slang loskomt tijdens het werken met de machine.
Bij gebruik van een tweede afzuigslang
30 344 kunt u het apparaat voor afzuigen van het
steenstof op maximaal 8 m van de werkplek
plaatsen.
Gebruik het meegeleverde verbindingsstuk om
een afzuigslang zonder bajonetverbinding aan te
sluiten.
Opgelet! Gebruik de muurgroefzaag nooit
zonder stofafzuiging, zo niet kan de motor snel
met steenstof verstopt raken.
11 In- en uitschakelen
Om de machine in te schakelen, plaatst u het
schakelaarschuifje (13) naar voren tot het
inklikt. Achter het schuifje verschijnt dan het
teken "I".
De muurgroefzaag is bedrijfsklaar als de LED (6),
die na het inschakelen kortstondig oplicht, weer
uitgaat.
Om de machine uit te schakelen, drukt u het
achterste eind van het schakelaarschuifje (13)
naar beneden (schakelaar in stand "0") .
NEDERLANDS
12 De muurgroefzaag
bedienen
Stel de handgreep zo in dat u hem goed
kunt vastpakken zonder daarbij met de
beschermkap in contact te komen. Bij
contact met stroomvoerende leidingen
worden de metalen delen van de
behuizing onder spanning gezet, en
loopt de gebruiker het risico van een
schok.
De positie van de handgreep (2) kan na
losdraaien van de zeskantschroef (14) aangepast
worden. Plaats de handgreep in de gewenste
stand en draai de zeskantschroef vast.
Aan het achterste uiteinde van de geleidevoet (10)
bevindt zich een driehoekmerk (8). Dit ligt in het
verlengde van de achterste diamantslijpschijf en
dient – bij het slijpen van groeven volgens de
getrokken lijn – als groefaanwijzer.
Plaats de muurgroefzaag (met ingeschakelde
motor) met de geleidevoet (10) op het vlak waarin
de groef moet worden geslepen, en beweeg de
zaag langzaam naar beneden tot de ingestelde
groefdiepte bereikt is.
Trek de machine vervolgens in de zaagrichting,
bijvoorbeeld van boven naar beneden zoals
weergegeven in figuur A (pagina 4) of – bij
horizontale zaagsneden – naar u toe zoals
weergegeven in figuur B (pagina 4).
De strook die tussen de beide geslepen groeven
blijft staan, kan met behulp van de meegeleverde
uitbreekbeitel verwijderd worden.
Diepere groeven kunnen in harde materialen
zoals beton niet in één doorgang geslepen
worden.
13 Overbelastingsbeveiliging
13.1
Veiligheidskoppeling
In de tandwieloverbrenging van de muurgroefzaag
is een automatische veiligheidskoppeling
ingebouwd. Deze beschermt de gebruiker tegen
een te hoge koppel dat bijvoorbeeld bij het scheef
trekken van de diamantslijpschijven kan optreden.
De veiligheidskoppeling beschermt en ontlast
daarbij tevens de motor en de tandwielover-
brenging van de machine.
Schakel de motor bij aanspreken van de
veiligheidskoppeling onmiddellijk uit (laat de
koppeling niet slippen!)
13.2
Elektronische overbelastingsbeveiliging
Bij een kortstondige hevige overbelasting van de
machine wordt het opgenomen vermogen door de
geïntegreerde elektronische overbelastings-
33