Apparaatopbouw
Glasbreuk door drukverschillen
GEVAAR
bij de snelsluitingen! Bij het
gebruik
wordt de dubbele mantel volle-
dig afgedicht. Door het afko-
elen/opwarmen van het medi-
um
ontstaan.
Tempervloeistoffen moeten bij
WAARSCHU-
het
WING
kamertemperatuur zijn.
•
Werking met overdruk is niet toegestaan!
•
Wanneer op normale druk wordt gewerkt, moet het
systeem van de reactor altijd geventileerd worden, om
drukopbouw door sterk vluchtige gassen en/of een
onbekend drukverloop van de reactie te voorkomen.
Condenseer de vluchtige gassen op een condensator
met kegelslijping (bijv. terugstroomcondensor) op het
deksel van de reactor!
•
Het apparaat is ontworpen voor een werking bij vacu-
üm tot 25 mbar (zie accessoires)!!
•
Neem alle maatregelen die nodig zijn voor het hante-
ren van producten en derivaten van de reactie.
•
De vaten van de laboratoriumreactor LR 2000.1 en LR
2000.2 kunnen bij afwezigheid van druk alleen ver-
warmd worden met behulp van de dubbele bekleding
met thermostaat of gelijksoortige warmtebronnen.
Gebruik van een verwarmingsmantel of een thermische
plaat dient absoluut vermeden te worden (explosiege-
vaar)!
•
Voor het temperen van het vat met enkele mantel van
de laboratoriumreactor LR 2.1 wordt het digitale ther-
mostatische bad IKA
Verwarmen
Gevaar voor brand- en schroei-
LET OP
wonden op de ketel en/of op
het verwarmde deksel van de
reactor. Draag bij het werken
met verwarmde delen veilig-
heidshandschoenen!
•
De voor het temperen gebruikte thermostaat moet in
perfecte staat van werking zijn.
•
Een defecte thermostaat kan ongecontroleerde reac-
ties veroorzaken!
•
Houd u aan de toegestane maximumtemperatuur van
230 °C in het reactievat.
•
Controleer, alvorens het vat van de reactor te vullen,
of de gebruikte reagentia de afdichting van FFPM niet
aantasten!
van
snelsluitingen
kunnen
drukverschillen
verwisselen/aflaten
HBR 4 aanbevolen.
®
Toebehoren
•
Werk uitsluitend met door IKA
soires!
•
Gebruik uitsluitend originele IKA
delen!
•
Voorkom stoten en slagen tegen het apparaat of het
toebehoren.
•
Let op het toegestane toerental van het gebruikte
roerwerktuig. Stel in geen geval hogere toerentallen in.
Montage
op
WAARSCHU-
WING
LET OP
• Zet alle slangen vast in de afzuigkast van het laborato-
rium.
•
Verzeker dat de glasset spanningvrij is! Er bestaat
gevaar voor barsten als gevolg van:
- belasting door onjuiste montage,
- externe mechanische gevaren,
- lokale temperatuurpieken.
Statief
LET OP
Ter bescherming van het apparaat
•
De spanning die vermeld staat op de typeplaat moet
overeenstemmen met de netspanning.
•
Het gebruikte stopcontact moet geaard zijn (randaarde
•
Afdekkingen resp. onderdelen die zonder hulpmiddel-
en van het apparaat kunnen worden verwijderd, moet-
en voor een veilige werking weer op het apparaat zijn
aangebracht, zodat bijvoorbeeld het binnendringen
van vreemde voorwerpen, vloeistoffen enz. verhinderd
wordt.
•
Het apparaat mag uitsluitend worden geopend door
vakmensen.
goedgekeurde acces-
®
vervangingsonder-
®
Let erop dat het roerwerktuig
goed is bevestigd!
Glasbreuk! Monteer de slang-
koppelingen voorzichtig.
Maak alle bevestigingsschroe-
ven van het statief voorzichtig
los. Zonder tegengewicht kan
het statief ongecontroleerd
omhoog bewegen.
41