geschikt voor inductie
64
Bediening
4.10 Bediening van de toetsen
De hier beschreven besturing verwacht na het bedienen van
een (keuze-) toets daarna de bediening van een volgende
toets.
De volgende toets moet principieel binnen 10 seconden
worden bediend, anders wordt de keuze geannuleerd.
4.11 Kookplaat en kookzone inschakelen
1. Zolang op de Aan/Uit-toets
kookstandweergaven 0 aantonen en een kort signaal te
horen is. De besturing is klaar voor gebruik.
2. Meteen daarna het sensorveld
zone aanraken. Er wordt een kookstand ingeschakeld.
.......links
.......centrum
.......rechts
Zlie hoofdstuk Wat u moet weten over de slider (sensor-
veld). Om de kookstand te veranderen of om een andere
kookzone in te schakelen moet u het bijbehorende sensor-
veld
3. Meteen daarna voor inductie geschikt kookgerei op
de kookzone plaatsen. De panherkenning schakelt de
inductiespoel in. De pan wordt verwarmd.
Zolang geen pan op de kookzone wordt geplaatst,
wisselt de aanwijzing tussen de ingestelde kookstand
en het symbool
veiligheidsredenen na 10 minuten uitgeschakeld. Meer
hierover in het hoofdstuk „panherkenning".
4.12 Kookzone uitschakelen
4. a) Het sensorveld uiterst links
b) de op het sensorveld
links verschuiven om de kookstand op 0 te verlagen
c) op de Aan/Uit-toets
zones worden uitgeschakeld.
4.13 Kookplaat uitschakelen
5. Op de Aan/Uit-toets
hankelijk van de instelling volledig uitgeschakeld.
Noot:
Als alle kookzones handmatig worden uitgeschakeld (kook-
stand 0) en vervolgens op geen enkele toets of sensorveld
meer wordt gedrukt, wordt de kookplaat na 10 seconden auto-
matisch uitgeschakeld.
* De powerstand wordt meteen geactiveerd.
Zie alinea „Powerstand".
drukken (ca. 1 sec.) tot de
Kookstand 0
Kookstand 6
Kookstand P*
aanraken.
. Zonder pan wordt de kookzone om
geplaatste vinger naar
drukken. De bijbehorende kook-
drukken. De kookplaat wordt onaf-
NL
van een kook-
aanraken of