NL
5 Werking
B
Opgelet! Stel het volume van de geluidsinstalla-
tie en dat van de hoofdtelefoon nooit
zeer hoog in. Langdurige blootstelling
aan hoge volumes kan het gehoor
beschadigen! Het gehoor raakt aan-
gepast aan hoge volumes die na een
tijdje niet meer zo hoog lijken. Verhoog
daarom het volume niet nog meer,
nadat u er gewoon aan bent geraakt.
5.1 Mixen van de aangesloten geluidsbronnen
Plaats alle "GAIN"-regelaars (2) en toonregelaars
(3, 10) in de middelste stand, alvorens het meng-
paneel een eerste keer in gebruik te nemen.
1) Het totale volume van de aangesloten geluids-
bronnen kan geregeld worden met behulp van de
masterregelaars (11) en (23). Het uitgangsniveau
dat geregeld wordt met de masterregelaar "MAS-
TER" (11), gaat naar de "MASTER"-uitgang (32),
het uitgangsniveau dat geregeld wordt met de
masterregelaar "SUB" (23) gaat naar de master-
uitgang "SUB" (30). Voor de niveauregeling van
de aangesloten bronnen, plaatst u de masterre-
gelaars in een stand die ongeveer
maximum bedraagt, bv. stand 7.
2) De VU-meter (16) geeft het uitgangsniveau van
een masterkanaal weer, indien de keuzetoets (20)
niet ingedrukt is: het uitgangsniveau van het
masterkanaal "MASTER", indien de toets (21) niet
ingedrukt is, het uitgangsniveau van het master-
kanaal "SUB", indien de toets (21) ingedrukt is.
3) Regel het niveau van de ingangskanalen met
behulp van de schuifregelaars (9). De schuif-
regelaars moeten zich na de niveauregeling in
ongeveer
2
/
van de maximumwaarde bevinden,
3
zodat het regelgebied voor in- en uitmengen vol-
doende groot is. Indien de schuifregelaars zich
bijna in minimum- of maximumpositie bevinden,
dienen de niveaus op dezelfde manier met de
"GAIN"-regelaars (2) ingesteld te worden.
1) El volumen total de las fuentes audio conectadas
E
puede ajustarse con los reglajes master (11) y
(23). El nivel de salida ajustado con el reglaje
"MASTER" (11) está presente a la salida "MAS-
TER" (32), el nivel de salida ajustado con el re-
glaje master "SUB" (23) está presente a la salida
"SUB" (30). Para el ajuste de nivel de los apara-
tos conectados, poner los reglajes master, aprox.
a
2
/
del máximo, p. ej. posición 7.
3
2) El VU metro (16) indica el nivel de un canal
master si el selector (20) no está apretado: El
nivel de salida del canal "MASTER" si el botón
(21) no está apretado y el nivel de salida del
canal "SUB" si lo está.
3) Ajustar los niveles de los canales de entrada con
los faders (9). Después el reglaje del nivel, los
faders deberían estar a
así hay suficiente rango de control. Si los faders
están al mínimo o al máximo, los niveles deberán
ajustarse con los reglajes "GAIN" (2).
Sobrecargas son indicadas para cada canal por
el correspondiente LED "PK" (7), siempre y cuan-
do la tecla "PFL" (8) del canal no está apretada.
4) Ajustar el sonido de los canales 1–8 con los
ecualizadores (3). Los graves, los medios y los
agudos de un canal pueden elevarse o atenuarse
hasta 12 dB, ajustando los tres reglajes. Si los
reglajes se encuentran en la posición mediana, la
respuesta de frequencias no es modificada.
5) Para cada canal de entrada mono 1–6 repartir
como deseado las señales sobre la base estéreo
con los reglajes panorama "PAN" (6). Las señales
de entrada mono son distribuidas a las salidas
estéreo según la colocación de control.
Ajustar el balance con el reglaje "BAL" (5)
para los canales estéreo 7 y 8. El reglaje de
balance funciona como el reglaje panorama si la
señal enviada es mono.
6) Ajustar el nivel del canal "AUX" con el reglaje
"LEVEL" (12). Las altas y bajas frecuencias de es-
te canal pueden incrementarse o reducirse hasta
12 dB con los ecualizadores (10) del canal "AUX".
14
weergegeven via de overeenkomstige "PK" LED
(7), op voorwaarde dat de "PFL"-toets (8) van het
kanaal niet ingedrukt is.
4) Regel met behulp van de equalizers (3) de ge-
luidskarakteristieken van de kanalen 1 tot 8. De
lage, hoge en middelste frequenties van een ka-
naal kunnen ofwel verhoogd of verlaagd worden
tot 12 dB door de drie schuifregelaars te bewegen.
Wanneer de regelaars zich in de middelste stand
bevinden, wordt de frequentie niet veranderd.
5) Stereofonische geluidskarakteristieken kunnen
voor elk van de mono-ingangskanalen 1 tot 6 ge-
genereerd worden met behulp van de panorama-
regelaars "PAN" (6): de mono-ingangssignalen
worden naar de stereo-uitgangskanalen geleid
volgens de stand van de regelaars.
balansregelaars "BAL" (5). Indien er monosigna-
len naar deze kanalen gestuurd worden, functio-
neren de balansregelaars net zoals panorama-
regelaars.
6) Regel het niveau van het "AUX"-kanaal met
behulp van de "LEVEL"-regelaar (12). De hoge
en lage frequenties van dit kanaal kunnen ver-
hoogd resp. verlaagd worden tot 12 dB via de
2
/
van het
3
2-bands equalizers (10) van het "AUX"-kanaal.
5.2 Voorafluistering van de kanalen
Elke geluidsbron die aangesloten is op het meng-
paneel kan afzonderlijk voorbeluisterd worden via de
hoofdtelefoon of via een monitorsysteem, zelfs wan-
neer de overeenkomstige schuifregelaar (9) in de
minimumstand staat. Dankzij de PFL-functie (PFL =
prefader listening) kunnen de "GAIN"-regelaars (2)
optimaal ingesteld worden tijdens de niveauregeling.
Bovendien kunt u via de voorafluistering van een
ingangskanaal het juiste moment selecteren, waa-
rop een bepaalde geluidsbron ingemengd wordt.
Het is ook mogelijk om de stereo-mastersignalen
via een aangesloten hoofdtelefoon of het monitor-
apparaat voor te beluisteren.
5.2 Pre-eschucha de los canales
Cada fuente audio conectada puede escucharse se-
paradamente con un auricular o un sistema monitor,
aunque el correspondiente fader (9) está al mínimo.
La función pre-escucha (PFL = pre fader listening)
facilita el ajuste óptimo de los reglajes "GAIN" (2).
Además, cuando un canal está escuchado, puede
realizarse mejor la mezcla de los canales.
También es posible de escuchar las señales es-
téreo master vía el auricular conectado o el sistema
monitor.
5.2.1 Pre-eschucha vía un auricular
1) Conectar el auricular (≥ 8 Ω) a la toma (14).
2) Para escuchar un canal de entrada, apretar la
tecla "PFL" (8) de dicho canal. El LED (7) del
2
/
aprox. del máximo,
3
canal seleccionado se ilumina indicando la fun-
ción pre-escucha.
3) Para escuchar un canal de entrada, apretar el se-
lector (20). El VU metro (16) indicar el nivel de
señal del canal seleccionado con la tecla "PFL" (8).
canal master va a ser escuchado. El VU meter
indicar el nivel de salida del canal master selec-
cionado con el botón (21). El nivel de la señal de-
pende de la posición del correspondiente reglaje
master (post fader).
4) Ajustar el volumen para el auricular con el reglaje
"LEVEL" (18).
5.2.2 Pre-eschucha vía un sistema monitor
1) Conectar el sistema monitor a la salida "MONI-
TOR" (31).
2) Para escuchar un canal de entrada, apretar la
tecla "PFL" (8) del canal correspondiente. El LED
(7) del canal seleccionado se ilumina para indicar
la función pre-escucha.
3) Para escuchar un canal de entrada, apretar el
selector (22). La señal de pre-escucha del canal
seleccionado con la tecla "PFL" (8) se encuentra
en salida monitor.
Overbelastingen worden voor elk kanaal
Regel de balans voor kanalen 7 en 8 met de
El selector (20) no debe estar apretado si un
5.2.1 Voorafluistering via de hoofdtelefoon
1) Verbind de hoofdtelefoon (≥ 8 Ω) met de jack
(14).
2) Druk voor de voorafluistering van een ingangska-
naal op de "PFL"-toets (8) van het overeenkom-
stige ingangskanaal. De LED (7) van het gese-
lecteerde kanaal licht op als indicatie van de
voorafluisteringsfunctie.
3) Druk voor de voorafluistering van een ingangska-
naal op de keuzetoets (20). De VU-meter (16) zal
dan het signaalniveau van het met de "PFL"-toets
(8) geselecteerde kanaal weergeven.
De keuzetoets (20) hoeft niet ingedrukt te zijn
voor de voorafluistering van een masterkanaal.
De VU-meter zal dan het uitgangsniveau van het
met de toets (21) geselecteerde masterkanaal
weergeven. Het signaalniveau is afhankelijk van
de stand van de desbetreffende masterregelaar
(postfader).
4) Stel de hoofdtelefoon op het gewenste volume in
met behulp van de regelaar "LEVEL" (18).
5.2.2 Voorafluistering via de monitorapparatuur
1) Sluit de voorafluisteringsapparatuur aan op de
"MONITOR"-jacks (31).
2) Druk voor de voorafluistering van een ingangs-
kanaal op de "PFL"-toets (8) van het overeen-
komstige ingangskanaal. De LED (7) van het ge-
selecteerde kanaal licht als indicatie van de
voorafluisteringsfunctie.
3) Druk voor de voorafluistering van een ingangs-
kanaal op de keuzetoets (22). Het prefader-sig-
nal van het ingangskanaal dat met de "PFL"-toets
geselecteerd werd, is beschikbaar op de moni-
toruitgang.
De keuzetoets (22) hoeft niet ingedrukt te zijn,
indien het stereo-mastersignaal naar de moni-
toruitgang gestuurd wordt. Het monitorcircuit
wordt voor de masterregelaars (11) en (23) ge-
schakeld (prefader), d.w.z. de instelling van de
masterregelaars heeft geen invloed op het moni-
toruitgangssignaal.
El selector (22) no debe estar apretado si la
señal master estéreo es enviada a la salida mo-
nitor. La vía monitor es conectada delante de los
reglajes master (11) y (23) (pre fader), es decir la
posición de los reglajes master no tiene ningún
influenca sobre la señal en la salida monitor.
4) Utilizar el fader monitor (13) para ajustar el nivel
de señal la cual va a ser enviada al sistema
monitor.
5.3 Utilización de un aparato de efectos espe-
ciales mono
1) Conectar el aparato de efectos especiales (ver
capítulo 4 "Puesta en marcha").
2) Todos los canales de entrada 1–8 pueden ser
mezclados separadamente a la vía Effect Send.
Utilizar el reglaje Effect Send "EFF." (4) para
ajustar para el canal de entrada deseado el nivel
de la señal enviada al aparato de efectos espe-
ciales. La vía Effect Send es conmutada después
de los faders (9) (post fader), es decir la posición
de los faders influye en el volumen del efecto.
3) Con el reglaje Effect Send master "SEND" (17)
ajustar el nivel de la señal total enviada a la sali-
da "SEND" (24).
4) Ajustar el nivel de señal de retorno del aparato de
efectos especiales con el control "RTN" (19). La
señal es mezclada para las salidas estéreo antes
de los reglajes master (11, 23) y del fader monitor
(13).