Balansen met een afleesnauwkeurigheid van 0,01 g en 0,1 g waterpas zetten
1
Verwijder de klemmen (A) voor de veiligheidsvoetjes door ze naar bui-
ten te draaien.
2
Draai de klemmen (A) zo ver mogelijk naar buiten (ca. 90°), zodat de
veiligheidsvoetjes vrij kunnen bewegen.
3
Zet de balans nu waterpas door beide stelschroeven (B) te draaien tot-
dat de bel zich in de binnenring van de waterpasindicator bevindt (zie
bovenstaande procedure).
4
Borg de veiligheidsvoetjes door de klemmen (A) zo ver mogelijk naar
binnen te draaien.
MS-TS
A
B
Installatie en inbedrijfstelling 125
A
B