Bij voldoende kettingsmering vormt de van de
zaagketting wegspattende olie een licht
spoor.
Zaagkettingolie bijvullen
► P. 5, afb. 7
LET OP! Schade aan het milieu!
Aangezien de zaagkettingolie tijdens
gebruik in het milieu terecht komt,
moet er speciale biologisch afbreek-
bare zaagkettingolie op plantaardige
basis worden gebruikt.
– Leg het apparaat veilig weg, met het tank-
deksel (28) naar boven gericht.
– Reinig vóór het openen evtl. tankdeksel
en vulsteun.
– Tankdeksel langzaam opendraaien en
verwijderen.
– Zaagkettingolie voorzichtig bijvullen. Niet
schudden!
– Oliepeil op kijkglas (29) aflezen. Het olie-
peil moet tussen [MIN] en [MAX] staan.
– Draai het tankdeksel met de hand vast.
– Indien een beetje olie is gemorst: olie
absoluut afvegen.
Bediening
Laad de accu op
Aanwijzing: Accu en oplader beho-
ren niet tot de leveringsomvang en
zijn optioneel verkrijgbaar bij uw dea-
ler (► Toebehoren – p. 191).
VOORZICHTIG! Gevaar voor let-
sel! Neem de veiligheidsinstructies in
acht bij het hanteren van accuappara-
ten.
LET OP! Risico op schade aan het
apparaat! De accu niet diepontladen.
LET OP! Risico op schade aan het
apparaat! Druk na de automatische
inschakeling van het apparaat niet
nog eens op de in- en uitschakelaar.
Aanwijzing: De lithium-ion-accu kan
altijd worden opgeladen zonder de
levensduur te verkorten. Een onder-
breking van het laadproces bescha-
digt de accu niet.
Aanwijzing: Indien de accu volledig
is opgeladen, dan schakelt het laad-
station automatisch om naar behou-
dingslading. De accu kan langdurig in
het laadstation blijven.
Voor de eerste ingebruikname moet de accu
zijn opgeladen (laadtijd: ► Technische gege-
vens – p. 190).
► P. 5, afb. 8
– Vergrendelingsknop (19) indrukken en
accu uit het apparaat halen.
► P. 5, afb. 9
– Accu in het laadstation plaatsen.
– Steek de stekker van het laadstation in
het stopcontact.
De laadstatus wordt weergegeven door de
controlelampjes (20).
– Accu in apparaat plaatsen en goed laten
inpassen.
Controleer het restvermogen van de
accu
– Druk de knop (9) in.
Het restvermogen van de accu wordt door de
controlelampjes (8) weergegeven.
Lengte van de telescoopstang instellen
► P. 4, afb. 3
WAARSCHUWING! Gevaar voor
letsel! Zorg er voor elk gebruik voor
dat de telescopische stang vergren-
deld is en dat deze tijdens gebruik niet
losraakt.
– De vergrendelingshendel (3) losmaken.
– Telescoopstang (10) op gewenste lengte
uittrekken.
– De vergrendelingshendel (3) weer vast-
draaien.
Werkpositie van de aandrijfeenheid
instellen
► P. 3, afb. 1
WAARSCHUWING! Gevaar voor
letsel! Zorg er voor elk gebruik voor
dat de aandrijfeenheid goed vastge-
klikt is en dat deze tijdens gebruik niet
losraakt.
– Ontgrendelingstoets (11) indrukken en
aandrijfeenheid (2) buigen tot ze inklikt.
Voor het starten moet u het toestel
controleren!
GEVAAR! Voorzichtig, risico op let-
sels! Het toestel mag uitsluitend in
gebruik worden genomen als er geen
defecten zijn gevonden. Als een
onderdeel defect is, moet dit beslist
vóór het volgende gebruik worden
vervangen.
NL
185