7 AANVULLENDE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN VOOR LASERS
Waarschuwing ! Laserstraal.
Laserkarakteristieken.
▪
Waarschuwing! De laserstraal kan potentieel ernstige schade aan de ogen veroorzaken.
Kijk of staar nooit direct in de laserstraal.
▪
Richt de laserstraal tijdens gebruik nooit op mensen, hetzij direct, hetzij indirect via
reflecterende oppervlakken.
▪
Deze laser voldoet aan klasse 2 volgens EN 60825-1:2007. Het apparaat heeft geen
onderhoudsdelen. Open de behuizing in geen geval. Indien het apparaat is beschadigd,
laat u de beschadiging repareren door een erkend hersteller.
8 GEBRUIK
8.1
Verwisselen van het zaagblad (Fig. 1)
Gebruik alleen zaagbladen die scherp en onbeschadigd zijn. Gebarsten of verbogen
zaagbladen dient u meteen te vervangen.
▪
Plaats de cirkelzaag op haar kant op een vlak oppervlak. Om makkelijk te kunnen werken,
wordt het aangeraden om de voetplaat (10) zo laag mogelijk te zetten, dus op een zo klein
mogelijke zaagdiepte.
▪
Duw de asvergrendelingsknop in de richting van de motorbehuizing zoals de pijlen op Fig.
1 tonen en hou hem stevig ingedrukt.
▪
Draai de klembout van het zaagblad m.b.v. de meegeleverde zeskantsleutel in
tegenwijzerzin los.
▪
Verwijder de klembout en de buitenste flens.
▪
Til de onderste beschermkap (16) op m.b.v. zijn hendel (17) en verwijder het zaagblad.
▪
Reinig de zaagbladflenzen en monteer dan een nieuw zaagblad op de aandrijfas en tegen
de binnenste flens.
▪
Zorg ervoor dat de zaagtanden en de pijl op het blad in dezelfde richting wijzen als de pijl
op de onderste beschermkap.
▪
Monteer de buitenste flens terug op haar plaats en zet de klembout van het zaagblad vast.
▪
Verzeker u ervan dat het zaagblad vrij kan bewegen door er met de hand eens aan te
draaien.
Neem voor het verwisselen van een zaagblad altijd eerst de stekker uit het
stopcontact.
de zaagmachinebehuizing op totdat het zaagblad op de juiste diepte zit die bepaald wordt
door de dieptestop (4, lijn uit met de schaal).
▪
Zet de instelschroef van de diepte-instelling terug vast.
8.3
Instellen van de verstekhoek (Fig. 3)
De verstekhoek is traploos instelbaar tussen 0° en 45°.
▪
Zet de vergrendelingshendel van de hoekinstelling (9) los.
▪
Stel de voetplaat in op de gewenste hoek tussen 0° en 45°. [Zie hoekschaal (8)].
Copyright © 2022 VARO
POWX0520
8.2
Instellen van de zaagdiepte (Fig. 2)
De zaagdiepte is traploos instelbaar. Een nette zaagsnede ontstaat
als het zaagblad ca. 3 mm uit het materiaal steekt.
▪
Zet de instelschroef van de diepte-instelling (5) los.
▪
Hou de voetplaat (10) vlak tegen de rand van het werkstuk en til
P a g i n a
| 7
NL
www.varo.com