Nederlands
vertraging mechanisme, de mogelijkheid van verhoogde
draaisnelheid voor de snijuitrusting is hoog.
(2) Met gebruik van een mes
○ Pas motortoerental aan afhankelijk van de weerstand
van het gras. Voor zacht gras, gebruik lage snelheden,
Voor hardnekkige graspollen, gebruik hoge snelheden.
○ Gras maaien van rechts naar links, met de linker zijde
van het blad te snijden. (Afb. 28)
○ Enigszins kantelen van het blad naar links tijdens het
maaien zorgt ervoor dat het gemaaide gras naar links
wordt gestapeld, waardoor verzameling makkelijker is.
OPMERKING
Overmatig toenemende rotatiesnelheid kan verhoogde
messlijtage, trillingen en lawaai veroorzaken. Het zal ook
leiden tot een hoger brandstofverbruik.
WAARSCHUWING
○ Als het draaiende mes tegen een hard voorwerp botst,
kan het plotseling wegspringen.
Hierdoor kan een gevaarlijke situatie ontstaan waardoor
de machine en ook de bediener weggeslingerd kunnen
worden. Deze reactie heet "messlingering". De bediener
kan de controle over de machine verliezen met ernstig of
zelfs fataal letsel tot gevolg. Messlingering komt meestal
voor op plaatsen waar het te snijden materiaal moeilijk te
zien is.
○ Als het snijgereedschap tegen stenen of ander afval
stoot, moet u de motor stopzetten en controleren of het
snijgereedschap en de bijbehorende onderdelen niet
beschadigd zijn.
Stoppen (Afb. 29)
Verlaag het motortoerental, laat de motor enkele minuten
onbelast draaien en schakel dan de contactschakelaar (25)
uit.
WAARSCHUWING
Snijgereedschap
kan
terwijl het blijft draaien nadat de motor is gestopt of
gaspedaaltrekker uit is. Wanneer de machine uit wordt
gezet, moet u controleren of het snijgereedschap
inderdaad helemaal gestopt is voor u de machine neerzet.
ONDERHOUD
ONDERHOUD, VERVANGING OF REPARATIE VAN DE
ONDERDELEN EN SYSTEMEN DIE MET DE UITLAAT TE
MAKEN HEBBEN MAG WORDEN UITGEVOERD DOOR
DAARTOE BEVOEGDE BEDRIJVEN OF PERSONEN.
Afstellen van de carburateur (Afb. 30)
De carburateur is een precisiedeel dat lucht en brandstof
mengt, en is ontworpen om hoge prestaties van de motor
te waarborgen. Voordat het gereedschap de fabriek
verlaat, wordt de carburateur aangepast gedurende
een test. Maakt u alleen aanpassingen als dit nodig is
vanwege omstandigheden in de omgeving (het klimaat of
atmosferische druk), het type brandstof, het type van de
twee-cyclus olie, etc.
WAARSCHUWING
○ Omdat de carburateur is vervaardigd met een hoge
precisiegraad, moet u deze niet demonteren.
○ Voor dit product is de enige instelling van de carburateur
die kan worden aangepast de stationaire snelheid (T).
○ Start de motor nooit zonder dat de volledige
koppelingsafdekking en behuizing gemonteerd zijn!
Hierdoor zou de koppeling los kunnen komen, wat kan
leiden tot persoonlijk letsel.
T = stelschroef stationair toerental.
verwondingen
veroorzaken
Afstelling stationair toerental (T)
WAARSCHUWING
○ Wanneer de motor is gestopt, draait u dan niet overmatig
aan de stationaire snelheid stelschroef (T) met de kok
mee. Anders kan de snijduitrusting onverwacht draaien
en letsel veroorzaken als de motor start.
○ Pas de stationaire snelheid stelschroef (T) niet aan
vanwege een andere reden dan dat het stationair
draaien aangepast moet worden.
Laat de motor draaien terwijl u het stationair draaien aanpast.
(1) Als de motor stopt tijdens het stationair draaien
Start de motor en draai langzaam aan de stationaire
snelheid stelschroef (T) met de klok mee tot deze in een
positie staat waarin de motor soepel draait. Zorg er op
dat moment voor dat de snijduitrusting niet draait.
(2) Als de snijduitrusting roteert bij stationair draaien
Draai de stationaire snelheid stelschroef (T) langzaam
tegen de klok in totdat deze in een positie staat waarin
de snijduitrusting niet draait. Zorg er op dat moment voor
dat de rotatie van de motor soepel verloopt.
WAARSCHUWING
Als de snijduitrusting nog steeds draait na het aanpassen
van de stationaire snelheid stelschroef (T), stopt u
de motor direct en staakt u het gebruik en neem dan
contact op met het dichtstbijzijnde geverifi eerde HiKOKI
Servicecentrum.
Luchtfi lter (Afb. 31)
Het luchtfi lter (29) moet regelmatig vrijgemaakt worden van
stof en vuil om te voorkomen dat:
○ Storingen aan de carburateur.
○ Startproblemen.
○ Afname motorvermogen.
○ Onnodige slijtage van de motoronderdelen.
○ Abnormaal brandstofverbruik.
Maak het luchtfi lter elke dag of nog vaker schoon als u in een
stoffi ge omgeving werkt.
Open de luchtfi lterkap en verwijder het luchtfi lter (29).
Schoon maken.
Controleer of het fi lter goed droog is voor u het terugzet.
Een luchtfi lter dat geruime tijd gebruikt is, kan meestal niet
meer helemaal schoongemaakt worden. Het luchtfi lter moet
daarom regelmatig vervangen worden door een nieuw. Een
beschadigd of kapot fi lter moet onmiddellijk vervangen
worden.
OPMERKING
Om het luchtfi lterdeksel op zijn plaats terug te zetten,
haak deze op de bovenste lipjes en bevestig deze
vervolgens.
Brandstoffi lter (Afb. 32)
Verwijder het brandstoffi lter (30) van de brandstoftank en
vervang het als het smerig is.
OPMERKING
Een geblokkeerd brandstoffi lter (30) kan de toevoer van
brandstof hinderen en een rotatiestoring in de motor
veroorzaken.
Bougie (Afb. 33)
De toestand van de bougie wordt negatief beïnvloed door:
○ Een verkeerde afstelling van de carburateur.
○ Een verkeerde mengsmering (te veel olie in de benzine)
○ Een vuile luchtfi lter.
○ Zware werkomstandigheden (bijv. kou).
Deze factoren veroorzaken afzettingen op de elektroden van
de bougie, wat kan leiden tot storingen en startproblemen.
Als de motor vermogen tekort komt, moeilijk start of slecht
stationair loopt, controleer dan eerst de bougie.
60