NL
Montagevoorschriften reeks van vijf
Aantal
Montage-
modules
voorbeeld
5
a
5
b
33
5
b
5
b
5
b
5
c
De opstelling van de afzonderlijke modules kunnen variëren binnen de toleranties; een combinatie van b1 - b3 is toegestaan .
Opbouw
X = afstand tussen de
modules
x
horizontaal
0-15 mm
verticaal
12-15 mm
verticaal
5-15 mm
verticaal
0-15 mm
verticaal /
0-15 mm
3 modules in
hetzelfde vlak;
2 modules met
offset
Minimaal 3
0 - 15 mm
modules verticaal
Bij de verticale opbouw
en/of horizontaal;
van de modules moeten
geen helling + - °
de speciale eisen voor
de offset uit b in acht
worden genomen
d = offset naar achteren
(gemeten vanaf het voorste tot
het eerstvolgende lampglas)
x
d
0-40 mm
0-40 mm
0-20 mm
0-8 mm
0 mm voor de voorste 3 modules
0 - 40 mm voor de 2 achterste
modules
0 - 40 mm
voorste module moet verticaal of
horizontaal ten opzichte van de
rijbaan gemonteerd zijn.
Bij de verticale opbouw van de
modules moeten de speciale eisen
voor de offset uit
montagevoorbeeld b in acht
worden genomen
Bijzonderheden
d
een of meerdere modules kunnen
+ - 16° worden gedraaid
een of meerdere modules kunnen
+ - 11° worden gedraaid
een of meerdere modules kunnen
+ - 11° worden gedraaid
een of meerdere modules kunnen
+ - 11° worden gedraaid
een of meerdere modules kunnen
+ - 11° worden gedraaid
0°, geen draaiing voor 3 modules;
de overige 2 modules tot 360°
Draaiing mogelijk