Elektrische aansluiting
Aarzel niet om de elektrische aansluiting te laten uitvoeren door een bevoegd elektricien.
-
Controleer of de netspanning van uw machine overeenstemt met deze van uw werkplaats.
-
Open het bedieningspaneel (fig.3). In deze kast bevindt zich een klemmenblok.
-
Sluit de 3 fasen aan op de klemmen gemerkt L1,L2,L3 (fig.4)
-
Indien de voedingskabel voorzien is van een nulgeleider (blauw), dan wordt die aangesloten aan
klem N.
-
Zorg steeds voor een goede aarding en sluit deze aan op de klem gemerkt met het symbool van
de aarding (de aardleider is geel-groen).
-
Overtuig u ervan dat alle assen vrij kunnen draaien alvorens te starten.
-
Controleer de draairichting van de motoren. Deze test mag uitsluitend uitgevoerd worden met de
motor van de zaag en dit zonder zaagblad !!
-
De draairichting van deze motor moet gelijk zijn aan de draairichting van de wijzers van een
uurwerk. Indien de draairichting verkeerd is, moeten de draden L1 en L2 worden
omgewisseld. Als de draairichting juist is, dan draait ook de andere motor in de
juiste richting.
THERMISCHE BEVEILIGINGEN
De machine is uitgerust met thermische beveiligingen op de zaag- en op de voorritsmotor. Mocht één
van deze beveiligingen de machine uitschakelen, dan moet er voldoende lang
gewacht worden tot deze beveiliging afgekoeld is en men de machine weer kan opstarten.
Fig.3
Z3200 10-V0410
1
– Français
(Fig.3-4)
Fig.4
– Nederlands
9