Om de kast in te schakelen, houdt u
De controller start in de normale bedrijfsmodus en geeft de huidige kasttemperatuur weer.
Het koelsysteem volgt de standaard ingestelde temperatuur:
Voor koelkasten (R en GR) bedraagt de doeltemperatuur 5 °C (instelbaar van 2 tot 12 °C)
Voor koelkasten (C) bedraagt de doeltemperatuur 5 °C (instelbaar van -5 tot 12 °C)
Voor diepvriezers (F en FG) bedraagt de doeltemperatuur -18 °C (instelbaar van -10 tot -22
°C)
Om de kast uit te schakelen, houdt u
Controlelampjes
De volgende controlelampjes bevinden zich op de display:
Compressorsymbool. Deze LED brandt als de compressor in werking is.
Knippert tijdens de temperatuurinstelling.
Ontdooisymbool. Deze LED brandt constant tijdens de ontdooicyclus.
Verdamperventilatorsymbool. Deze LED brandt als de verdampingsventilator
in werking is.
Temperatuuralarmsymbool. Deze LED brandt als er een temperatuuralarm
optreedt.
Toetsenvergrendeling
Wanneer
brandt, zijn de displaytoetsen vergrendeld.
De toetsen ontgrendelen:
Houd een willekeurige toets 5 seconden ingedrukt om de toetsen van de controller te
ontgrendelen. Wanneer de controller is ontgrendeld, wordt
Automatische toetsenvergrendeling:
Als u de controller twee minuten niet aanraakt, wordt de toetsvergrendeling automatisch
geactiveerd.
De temperatuur van de kast aanpassen
Om de ingestelde temperatuur te wijzigen, drukt u eenmaal op
huidige instelpunt wordt op de display weergegeven, met één decimaal achter de komma.
Druk op
of
om het instelpunt te wijzigen. De nieuwe ingestelde temperatuur wordt
bevestigd/opgeslagen door één keer op
werking.
765042499
5 seconden ingedrukt.
5 seconden ingedrukt.
te drukken. De display hervat de normale
Rev. 001
uitgeschakeld.
,
knippert, en het
92