Algemene Veiligheid - BFT PEGASO B CJA 6 25 L01 Instructions D'installation

Table des Matières

Publicité

ALGEMENE VEILIGHEID

LET OP! Belangrijke veiligheidsinstructies. De waarschuwingen en de instructies die met het
product meegeleverd worden zorgvuldig lezen en volgen, aangezien verkeerde installatie
schade aan personen, dieren of voorwerpen kan veroorzaken. De waarschuwingen en de
instructies geven belangrijke aanwijzingen over de veiligheid, de installatie, het gebruik en
het onderhoud. De instructies bewaren om ze aan de technische folder toe te voegen voor
toekomstige raadpleging.
ALGEMENE VEILIGHEID
Dit product is uitsluitend ontworpen en gebouwd voor het gebruik aangegeven in deze
documentatie. Soorten gebruik anders dan hetgeen aangegeven, zouden schade aan het
product en gevaar kunnen veroorzaken.
- De constructie-elementen van de machine en de installatie moeten overeenkomstig de volgen-
de Europese Richtlijnen zijn, indien toepasbaar: 2004/108/CE, 2006/95/CE, 2006/42/CE, 89/106/
CE, 99/05/CE en daaropvolgende wijzigingen. Voor alle landen buiten de EEg is het voor een
goed veiligheidsniveau nuttig om naast de nationaal geldende normen, ook de genoemde nor-
men in acht te nemen.
- Het Bedrijf wijst iedere willekeurige verantwoordelijkheid af voortkomende uit een verkeerd ge-
bruik of een ander gebruik dan het voorbestemde gebruik en dat aangegeven in deze documen-
tatie, evenals uit het niet in acht nemen van het goed gebruik bij de constructie van de sluitingen
(deuren, hekken, etc..) en uit de vervormingen die tijdens het gebruik zouden kunnen optreden.
- De installatie moet worden uitgevoerd door gekwalificeerd personeel (professionele installateur,
volgens EN12635), met inachtneming van het goed gebruik en de geldende normen.
- Alvorens te beginnen met de installatie, de goede toestand van het product controleren.
- Alvorens het product te installeren, alle structurele wijzigingen aanbrengen betreffende de
verwezenlijking van de vrijboorden en van de beveiliging of afscheiding van alle zones met ge-
vaar voor pletting, snijden, meeslepen en algemeen gevaar. Controleren of de bestaande struc-
tuur over de noodzakelijke vereisten beschikt wat betreft stevigheid en stabiliteit.
- Het bedrijf is niet verantwoordelijk voor het niet naleven van het goed gebruik bij de constructie
en het onderhoud van de te motoriseren kozijnen, en van de vervormingen die zich tijdens het
gebruik kunnen voordoen.
- Controleren of het opgegeven temperatuurinterval compatibel is met de plek bestemd voor de
installatie van het automatiseringssysteem.
- Dit product niet in een explosieve omgeving installeren: de aanwezigheid van gas of ontvlamba-
re rookgassen vormt een ernstig gevaar voor de veiligheid.
- De stroomvoorziening uitschakelen vóór wat voor werkzaamheden dan ook aan de installatie.
Ook eventuele bufferbatterijen loskoppelen, indien aanwezig.
- Voordat men de elektrische voeding aansluit, moet men controleren of de gegevens op de plaat
overeenstemmen met die van het elektriciteitsnet en of er stroomopwaarts de elektrische instal-
latie een geschikte differentiële drukschakelaar en een geschikte bescherming tegen overstroom
staat. Op het voedingsnet van de automatisering zorgen voor een schakelaar of een veelpolige
thermomagnetische schakelaar met een openingsafstand van de contacten, conform de voor-
schriften van de normen in voege.
- Controleren of er zich aan het begin van het voedingsnet een aardlekschakelaar bevindt die de
drempel van max. 0,03A en de geldende normen niet overschrijdt.
- Controleren of het aardingssysteem correct is uitgevoerd: alle metalen delen van de sluiting
(deuren, hekken, etc.) en alle onderdelen van de installatie voorzien van aardingsklemmen aar-
den.
- De installatie moet worden uitgevoerd met gebruik van veiligheidsinrichtingen en bedieningen
overeenkomstig EN 12978 en EN12453.
- De botsingskrachten kunnen verminderd worden door middel van het gebruik van vervormbare
randen.
- In het geval dat de botsingskrachten de door de normen voorziene waarden overschrijden, in-
richtingen aanbrengen die gevoelig zijn voor elektriciteit of druk.
- Alle veiligheidsinrichtingen (fotocellen, gevoelige randen, etc.) aanbrengen die noodzakelijk
zijn om het gebied te beschermen tegen gevaren voor botsing, pletting, meeslepen en snijden.
Rekening houden met de geldende normen en richtlijnen, de criteria van het goed gebruik, het
gebruik, de installatieomgeving, de werking van het systeem en de door het automatiseringssy-
steem ontwikkelde krachten.
- De door de geldende normen voorziene signalen aanbrengen om de gevaarlijke zones aan te
duiden (de restrisico's). Iedere installatie moet op zichtbare wijze worden geïdentificeerd volgens
hetgeen voorgeschreven door de EN13241-1.
- Dit product mag niet worden geïnstalleerd op vleugels waarin deuren zijn opgenomen (tenzij de
motor uitsluitend kan worden geactiveerd wanneer de deur dicht is).
- Als het automatiseringssysteem is geïnstalleerd op een hoogte van minder dan 2,5 m of als het
toegankelijk is, is het noodzakelijk een passende beschermingsgraad van de elektrische en me-
chanische delen te garanderen.
- Iedere willekeurige vaste bediening zo installeren, dat deze geen gevaar vormt en ver van
beweegbare delen is. In het bijzonder de bedieningen bij aanwezige persoon moeten direct
zichtbaar zijn vanaf het geleide deel, en, tenzij het gaat om bedieningen met sleutel, moeten
deze worden geïnstalleerd op een hoogte van minstens 1,5 m en zodanig dat ze niet toegankelijk
zijn voor het publiek.
- Minstens één signaleringsinrichting (knipperend) aanbrengen in een zichtbare positie, en daar-
naast een bordje "Let op" aan de structuur bevestigen.
- Op permanente wijze een etiket aanbrengen met betrekking tot de werking van de handmatige
deblokkering van het automatiseringssysteem en dit in de buurt van de manoeuvreringsinrich-
ting aanbrengen.
- Zorg ervoor dat tijdens de manoeuvre de mechanische risico's vermeden en beveiligd worden
en dan met name de botsing, de pletting, het meeslepen, het snijden tussen geleide deel en
omliggende delen.
- Na de installatie te hebben uitgevoerd, zich ervan verzekeren dat de instelling van het automa-
tiseringssysteem van de motor juist is uitgevoerd en dat de beveiligings- en deblokkeringssyste-
men juist functioneren.
- Uitsluitend originele reserveonderdelen gebruiken voor alle onderhouds- of repara-
tiewerkzaamheden. Het Bedrijf wijst iedere willekeurige verantwoordelijkheid af uit veili-
gheidsredenen en vanwege de goede werking van het automatiseringssysteem, als er onderde-
len van andere fabrikanten gebruikt worden.
- geen enkele wijziging uitvoeren aan de componenten van het automatiseringssysteem, indien
niet uitdrukkelijk door het Bedrijf geautoriseerd.
- De gebruiker van de installatie instructies geven wat betreft de restrisico's, de toegepaste bedie-
ningssystemen en de uitvoering van de handmatige openingsmanoeuvre in geval van nood: de
gebruikershandleiding aan de eindgebruiker overhandigen.
- Verpakkingsmaterialen (plastic, karton, polystyrol, etc.) verwerken volgens hetgeen voorzien is
door de geldende normen. Nylon zakjes en polystyrol buiten bereik van kinderen bewaren.
AANSLUITINGEN
LET OP! gebruik voor de aansluiting op het netwerk: meeraderige kabel met een doorsnede van
min. 5x1,5 mm
of 4x1,5 mm
voor driefase voeding of 3x1,5 mm
2
2
moet bijvoorbeeld van het type H05 VV-F met doorsnede 4x1,5 mm
de hulpapparatuur geleiders gebruiken met een doorsnede van min. 0,5 mm
- Uitsluitend drukknoppen gebruiken met een werkbelasting van min. 10A-250V.
- De geleiders moeten verbonden worden door een extra bevestiging in de buurt van de klem-
men (bijvoorbeeld met behulp van bandjes) om de delen onder spanning duidelijk gescheiden
te houden van de delen met zeer lage veiligheidsspanning.
- Tijdens de installatie moet de stroomtoevoerkabel van zijn bekleding ontdaan worden, zodat de
aansluiting van de aardgeleider op de geschikte klem mogelijk wordt, terwijl de actieve geleiders
echter zo kort mogelijk gelaten worden. De aardgeleider moet de laatste zijn die gerekt wordt in
geval van losraken van de bevestigingsinrichting van de kabel.
OPGELET! de geleiders met zeer lage veiligheidsspanning moeten fysiek gescheiden worden van
de geleiders met lage spanning.
De toegang tot de delen onder spanning mag uitsluitend mogelijk zijn voor het gekwalificeerde
personeel (professionele installateur)
CONTROLE VAN HET AUTOMATISERINGSSYSTEEM EN ONDERHOUD
Alvorens het automatiseringssysteem in werking te stellen, en tijdens de onderhoudswerkzaamhe-
den, nauwgezet het volgende nagaan:
- controleren of alle onderdelen stevig zijn bevestigd;
- de opstart- en stophandelingen in het geval van de handmatige besturing controleren;
- de normale of gepersonaliseerde werking controleren.
- Alleen voor schuifhekken: de correcte ineengrijping tandheugel-rondselas met een speling van 2
mm controleren; de looprail altijd schoon houden en vrij van afval.
- De juiste werking van alle veiligheidsinrichtingen controleren (fotocellen, gevoelige randen, etc.)
en de correcte afstelling van de antibeklemmings-veiligheidsinrichting door te controleren of de
waarde van de botsingskracht gemeten in de punten voorzien door de norm EN12445, lager is
dan hetgeen aangegeven in de norm EN 12453.
- De botsingskrachten kunnen verminderd worden door middel van het gebruik van vervormbare
randen.
- De functionaliteit van de noodmanoeuvre controleren, indien aanwezig.
- De openings- of sluitingshandeling met de aangebrachte bedieningsinrichtingen controleren.
- De goede toestand van de elektrische aansluitingen en van de bekabelingen controleren, met
name de status van de isolatiekousen en de kabelleiders.
- Tijdens het onderhoud de reiniging van de optieken van de fotocellen uitvoeren.
- Voor de periode waarin het automatiseringssysteem buiten bedrijf is, de nood-deblokkering ac-
tiveren (zie paragraaf "NOODMANOEUVRE") om het geleide deel los te maken en zo de handma-
tige opening en sluiting van het hek mogelijk te maken.
- Indien de voedingskabel beschadigd is, moet deze vervangen worden door de fabrikant of door
diens technische assistentiedienst of alleszins door een persoon met een soortgelijke kwalificatie,
teneinde alle risico's te voorkomen.
- Als er inrichtingen type "D" geïnstalleerd worden (zoals gedefinieerd door EN12453),die anders
dan trusted aangesloten zijn, verplicht halfjaarlijks onderhoud voorschrijven.
SLOOP
De verwijdering van de materialen gebeurt met inachtneming van de geldende normen. In het
geval van sloop van het automatiseringssysteem bestaan er geen bijzondere gevaren of risico's
voortkomende uit het automatiseringssysteem zelf. In geval van terugwinning van de materialen
is het nuttig dat deze per type gescheiden worden (elektrische delen - koper - aluminium - plastic
- etc.).
ONTMANTELING
In het geval dat het automatiseringssysteem gedemonteerd wordt om op een andere plek op-
nieuw gemonteerd te worden, is het nodig:
- De stroomvoorziening uit te schakelen en de hele elektrische installatie los te koppelen.
- De actuator van de bevestigingsbasis te verwijderen.
- Alle onderdelen van de installatie te demonteren.
- In het geval dat enkele onderdelen niet verwijderd kunnen worden of beschadigd blijken te zijn,
deze vervangen.
Al hetgeen niet uitdrukkelijk voorzien is in de installatiehandleiding, is niet toegestaan. De goede
werking van de controller is alleen gegarandeerd, als de vermelde gegevens in acht worden
genomen. Het bedrijf is niet gehouden zich te verantwoorden voor de schade veroorzaakt door
het niet in acht nemen van de aanwijzingen vermeld in deze handleiding.
Terwijl de hoofdkenmerken van het product ongewijzigd blijven, behoudt het Bedrijf
zich het recht voor om op ieder willekeurig moment die wijzigingen aan te brengen die zij
geschikt acht om het product technisch, constructief en commercieel gezien te verbeteren,
zonder deze publicatie te hoeven bijwerken.
2)ALGEMEEN
Actuator voor motoraandrijving van industriële sectionale deuren.
De compactheid en de flexibele montage zorgen ervoor dat de motorisering in verschillende
modi toepasbaar is.
3) TECHNISCHE GEGEVENS
Voeding
Max.opgenomen
vermogen
Eindaanslag
Bedrijfs-temperatuur
M a x . a f m e t i n g e n
vleugel
Max. koppel
Toeren bij uitgang max
Smering
Type gebruik
Beschermingsgraad
voor eenfase voeding (de kabel
2
zijn).Voor de aansluiting van
2
2
.
Lawaaierigheid
N. manoeuvres
gewicht
bediener
Afmetingen
(*) Speciale voedingsspanningen op aanvraag.
4) VOORBEREIDING BUIZEN Fig. A
5) INSTALLATIE OPERATOR Fig. B
6) HANDMATIGE DEBLOKKERING (Zie gEBRUIKERSHANDLEIDINg -FIG.1-).
7) VERBINDING FIG. C
Kaart ENCODER-beheer en interface algemene kaarten.
ALLEEN VOOR DE VERSIES NIET BIJ AANWEZIGE PERSOON:
personen of voorwerpen in de buurt komen van de actieradius van het automatiseringssysteem
of zich daarbinnen bevinden.
MONTAJ KILAVUZU
PEgASO B CJA 6 40 W01
PEgASO B CJA 6 45 W01
PEgASO B CJA 6 45 W02
PEgASO B CJA 6 25 L01
PEgASO B CJA 6 25 L02
PEgASO B CJA 6 20 L01
PEgASO B CJA 6 40 W01
PEgASO B CJA 6 45 W01
PEgASO B CJA 6 45 W02
PEgASO B CJA 6 25 L01
PEgASO B CJA 6 25 L02
PEgASO B CJA 6 20 L01
Elettronico ad ENCODER // MAX 18 giri Albero d'uscita
-10°C / +50°C
PEgASO B CJA 6 45 W01
PEgASO B CJA 6 45 W02
PEgASO B CJA 6 40 W01
PEgASO B CJA 6 25 L01
PEgASO B CJA 6 25 L02
PEgASO B CJA 6 20 L01
PEgASO B CJA 6 45 W01
PEgASO B CJA 6 45 W02
PEgASO B CJA 6 40 W01
PEgASO B CJA 6 25 L01
PEgASO B CJA 6 25 L02
PEgASO B CJA 6 20 L01
PEgASO B CJA 6 45 W01
PEgASO B CJA 6 45 W02
PEgASO B CJA 6 25 L01
PEgASO B CJA 6 25 L02
PEgASO B CJA 6 20 L01
PEgASO B CJA 6 40 W01
olie
PEgASO B CJA 6 45 W01
PEgASO B CJA 6 45 W02
PEgASO B CJA 6 25 L01
PEgASO B CJA 6 25 L02
PEgASO B CJA 6 20 L01
PEgASO B CJA 6 40 W01
IP 54
PEgASO B CJA 6 40 W01
PEgASO B CJA 6 45 W01
PEgASO B CJA 6 45 W02
PEgASO B CJA 6 25 L01
PEgASO B CJA 6 25 L02
PEgASO B CJA 6 20 L01
PEgASO B CJA 6 45 W01
PEgASO B CJA 6 45 W02
PEgASO B CJA 6 25 L01
PEgASO B CJA 6 25 L02
PEgASO B CJA 6 20 L01
PEgASO B CJA 6 40 W01
PEgASO B CJA 6 40 W01
PEgASO B CJA 6 45 W01
PEgASO B CJA 6 45 W02
PEgASO B CJA 6 25 L01
PEgASO B CJA 6 20 L01
PEgASO B CJA 6 25 L02
ZIE FIG. D
OPGELET!! Controleren of de waarde van de botsingskracht gemeten in de punten voorzien
door de norm EN12445, lager is dan hetgeen aangegeven in de norm EN 12453.
OPGELET!! Tijdens de autoset-fase is de functie voor obstakeldetectie niet actief; de instal-
lateur moet de beweging van het automatiseringssysteem controleren en voorkomen dat
400V ±10%, 50/60Hz (*)
230V ±10%, 50/60Hz (*)
980W
750W
45 m
2
40 m
2
25 m
2
20 m
2
100 Nm
90 Nm
70 Nm
50 Nm
24min
-1
31min
-1
intensief (S3-60%)
semi-intensief (S3-30%)
<70dB
60%
30%
12.2 kg
11.0 kg
12.4 kg
11.2 kg
9
PEgASO B CJA 6 -

Publicité

Table des Matières
loading

Table des Matières