Reservoir
U kunt de lade verwijderen:
▯
Reservoir tot aan de aanslag uittrekken, vooraan
optillen en verwijderen.
IJsbakje
U kunt ijsblokjes maken:
1
Het ijsbakje voor 3/4 met water vullen en in het
vriesvak zetten zetten.
Aanwijzing: Het vastgevroren ijsbakje alleen met
een bot voorwerp losmaken (bijv. steel van een
lepel).
2
Om de ijsblokjes los te maken: het ijsbakje iets
verbuigen of kort onder stromend water houden.
Koude-accu
Bij stroomuitval of een storing:
▯
Het koelelement zorgt ervoor dat de opgeslagen
diepvrieswaren langzamer opwarmen.
Aanwijzing: De bewaartijd is het langst wanneer u het
koelelement in het bovenste vak op de levensmiddelen
legt.
U kunt het koelelement uit het vriesvak nemen om er
tijdelijk levensmiddelen te koelen, bijv. in een koeltas.
Apparaat bedienen
1
Apparaat inschakelen
A p p a r a a t b e d i e n e n
Toets ÿ indrukken.
1
Het apparaat begint te koelen. Een alarmsignaal,
een knipperende temperatuurindicatie van het
diepvriesvak en een brandende toets Ú geven aan
dat het diepvriesvak nog te warm is.
Toets Ú indrukken.
2
Het alarmsignaal gaat uit.
3
De gewenste temperatuur instellen.
~ "Temperatuur instellen" op pagina 74
Opmerkingen bij/voor het gebruik
▯
Na het inschakelen kan het een aantal uren duren
voordat de ingestelde temperatuur is bereikt. Geen
levensmiddelen inruimen voordat de ingestelde
temperatuur is bereikt.
▯
Door het volledig automatische NoFrost-systeem
blijft de vriesvak ijsvrij.
Ontdooien is niet nodig.
▯
De voorzijde van het apparaat achter de deur wordt
gedeeltelijk licht verwarmd waardoor de vorming
van condenswater in de buurt van de deurafdichting
wordt voorkomen.
▯
Wanneer de deur van de diepvriesruimte na het
sluiten niet direct weer geopend kan worden, dient
u even te wachten tot de onderdruk is verdwenen.
Apparaat uitschakelen en buiten
werking stellen
Apparaat uitschakelen
Toets ÿ indrukken.
▯
Het apparaat koelt niet meer.
Apparaat buiten werking stellen
Als u het apparaat langere tijd niet gebruikt:
Toets ÿ indrukken.
1
Het apparaat koelt niet meer.
2
De stekker uit het stopcontact trekken of de
zekering uitschakelen.
3
Apparaat schoonmaken.
4
Apparat open laten.
Apparaat bedienen
nl
73