nl Montagehandleiding
17.6 Inbouw onder een kookplaat
Wordt het apparaat onder een kookplaat ingebouwd,
dan moeten de minimale afmetingen in acht worden
genomen, eventueel inclusief onderbouw.
Op basis van de vereiste minimale afstand
minimale dikte van het werkblad berekend
Type kookplaat
opbouw
in mm
Inductiekookplaat 48
Inductiekookplaat
58
met doorlopend
kookoppervlak
Gaskookplaat
38
Elektrische kook-
38
plaat
De montagehandleiding van de kookplaat in acht ne-
men.
17.7 Inbouw in een hoge kast
Neem de inbouwafmetingen en de veiligheidsafstanden
in de hoge kast in acht.
Met het oog op de luchttoevoer van het apparaat die-
nen de tussenschotten te beschikken over een ventila-
tie-opening.
Wanneer de bovenkast naast de element-achterwan-
den nog een achterwand heeft, dient deze verwijderd
te worden.
Het apparaat slechts zo hoog inbouwen, dat de acces-
soires er zonder probleem uitgehaald kunnen worden.
72
wordt de
.
vlak ge-
in
monteerd in
mm
mm
49
5
59
5
49
5
41
2
17.8 Combinatie met een warmhoudlade
Eerst de warmhoudlade inbouwen. Houd het het instal-
latievoorschrift van de warmhoudlade aan.
Het apparaat op de warmhoudlade in de inbouwkast
schuiven. Beschadig de plaat van de warmhoudlade
niet bij het inschuiven.
17.9 Hoekinbouw
Neem de inbouwafmetingen en de veiligheidsafstanden
bij hoekinbouw in acht.
Houd om ervoor te zorgen dat de ovendeur kan wor-
den geopend, bij de hoekinbouw de minimum afmetin-
gen aan. De maat
is afhankelijk van de dikte van het
meubelfront en de greep.
17.10 Apparaat inbouwen
LET OP!
Door gebruik van een accuschroefmachine kunnen de
panelen beschadigd raken.
▶
Gebruik geen accuschroevendraaier voor het beves-
tigen van de panelen.
1.
Schuif het apparaat er helemaal in.
De aansluitkabel niet knikken, inklemmen of over
scherpe randen leiden.
2.
Het apparaat gecentreerd uitlijnen.
3.
Open de apparaatdeur.
4.
Schroef de panelen links en rechts los.