Télécharger Imprimer la page

Makita M3702 Manuel D'instructions page 32

Publicité

Les langues disponibles
  • FR

Les langues disponibles

  • FRANÇAIS, page 12
BESCHRIJVING VAN DE
FUNCTIES
LET OP:
Controleer altijd of het gereedschap
is uitgeschakeld en de stekker ervan uit het stop-
contact is verwijderd alvorens de functies op het
gereedschap te controleren of af te stellen.
Het uitstekende deel van het
kantenfreesbit afstellen
Om het uitstekende deel van het bit af te stellen, draait
u de klemschroef los en beweegt u de voet van het
gereedschap naar wens omhoog of omlaag. Na het
afstellen, draait u de klemschroef stevig vast om de
voet van het gereedschap vast te zetten.
► Fig.1: 1. Voet van het gereedschap
2. Schaalverdeling 3. Uitstekend deel van het
bit 4. Klemschroef
In- en uitschakelen
LET OP:
Zorg er voor dat het gereedschap is
uitgeschakeld, voordat u de stekker in het stop-
contact steekt.
Om het gereedschap in te schakelen, zet u de aan-uit-
schakelaar in de stand I. Om het gereedschap uit te
schakelen, zet u de aan-uitschakelaar in de stand O.
► Fig.2: 1. Aan-uitschakelaar
Elektronische functies
Het gereedschap is uitgerust met elektronische functies
voor een eenvoudige bediening.
Indicatorlampje
► Fig.3: 1. Indicatorlampje
Het indicatorlampje brandt groen wanneer de stekker
van het gereedschap in het stopcontact zit. Als het indi-
catorlampje niet brandt, kan het netsnoer of de regelaar
stuk zijn. Als het indicatorlampje brandt, maar het
gereedschap niet start ondanks dat het gereedschap
ingeschakeld is, kunnen de koolborstels versleten zijn,
of kan de regelaar, de motor of de aan-uitschakelaar
kapot zijn.
Beveiliging tegen onbedoeld inschakelen
Het gereedschap kan niet worden ingeschakeld, terwijl
de aan-uitschakelaar in de stand "I" (aan) staat, zelfs niet
wanneer het gereedschap van stroom wordt voorzien.
Op dat moment knippert het indicatorlampje rood en
geeft aan dat de beveiligingsfunctie tegen onbedoeld
herstarten in werking is getreden.
Om de beveiliging tegen onbedoeld inschakelen te
deactiveren, zet u de aan-uitschakelaar terug in de
stand "O" (uit).
Zachte-startfunctie
De functie zachte-start minimaliseert de startschok en
laat het gereedschap geleidelijk opstarten.
MONTAGE
LET OP:
Zorg altijd dat het gereedschap is uitge-
schakeld en dat zijn stekker uit het stopcontact is verwij-
derd alvorens enig werk aan het gereedschap uit te voeren.
Een kantenfreesbit aanbrengen en
verwijderen
LET OP:
Draai de spankopmoer niet vast zon-
der dat een kantenfreesbit is aangebracht omdat
anders de spankegel zal breken.
LET OP:
Gebruik uitsluitend de sleutels die bij
het gereedschap werden geleverd.
Steek het kantenfreesbit helemaal in de spankegel en
draai de spankopmoer stevig vast met behulp van de twee
sleutels. Om het bit te verwijderen, volgt u de procedure
voor het aanbrengen in de omgekeerde volgorde.
► Fig.4: 1. Losdraaien 2. Vastdraaien 3. Vasthouden
BEDIENING
LET OP:
Houd het gereedschap altijd met één
hand stevig vast aan de behuizing. Raak het meta-
len deel niet aan.
1.
Plaats de voet van het gereedschap op het werkstuk dat
u wilt frezen, zonder dat het kantenfreesbit het werkstuk raakt.
2.
Schakel het gereedschap in en wacht totdat het
kantenfreesbit op volle snelheid draait.
3.
Beweeg het gereedschap voorwaarts over het opper-
vlak van het werkstuk en houd daarbij de voet van het gereed-
schap vlak op het oppervlak van het werkstuk terwijl u het
gereedschap voorwaarts beweegt totdat het frezen klaar is.
► Fig.5
Bij het frezen van de rand van het werkstuk moet het
oppervlak van het werkstuk zich aan de linkerkant van het
kantenfreesbit bevinden, gezien in de voortgangsrichting.
► Fig.6: 1. Werkstuk 2. Draairichting van het bit
3. Aanzicht vanaf de bovenkant van het
gereedschap 4. Voortgangsrichting
Als u de langsgeleider of de trimgeleider gebruikt, zorgt
u ervoor dat u deze langs de rechterkant houdt, gezien
in de voortgangsrichting. Hierdoor blijft deze gelijklopen
met de zijkant van het werkstuk.
► Fig.7: 1. Voortgangsrichting 2. Draairichting van het
bit 3. Werkstuk 4. Langsgeleider
OPMERKING: Als u het gereedschap te snel voorwaarts
beweegt, kan de snede van slechte kwaliteit zijn, of het kan-
tenfreesbit of de motor worden beschadigd. Als u het gereed-
schap te langzaam voorwaarts beweegt, kan hierdoor de
snede verbranden en lelijk worden. De juiste voortgangssnel-
heid is afhankelijk van de bitgrootte, het soort werkstuk en
de freesdiepte. Alvorens in het eigenlijke werkstuk te werken,
is het raadzaam eerst een proefsnede te maken in een stuk
afvalhout. Zodoende kunt u precies zien hoe de snede eruit
komt te zien en kunt u tevens de afmetingen controleren.
32 NEDERLANDS

Publicité

loading