• Ren niet met de machine. Loop
alleen rustig als de machine in
gebruik is.
• Let vooral goed op waar u uw
voeten neerzet wanneer u op
een helling werkt.
• Werk niet recht omhoog of recht
omlaag op een helling. Werk
altijd langs een horizontale lijn.
• Let vooral goed op als u de
machine op een helling draait.
• Werk nooit op een steile helling.
• Let vooral goed op wanneer
u zich omkeert of de machine
naar u toe trekt.
• Reik niet boven uw macht. Zorg
dat u altijd stevig en evenwichtig
staat. Zo kunt u de machine
beter onder controle houden in
onverwachte situaties.
• Bedien de machine nooit in de
buurt van andere personen, met
name kinderen, of huisdieren.
• Onthoud altijd:
– Houd uw voeten uit de buurt
van de snijgereedschappen.
– Kantel de machine niet.
– Ga niet voor de uitlaatopening
staan.
– Houd uw handen of andere
lichaamsdelen
nooit
in
bewegende onderdelen.
• Forceer de machine niet. De
machine werkt beter en veiliger
op het tempo waarvoor deze
is
ontworpen.
overbelasting kan schade aan
de motor of brand veroorzaken.
• Schakel de motor uit en haal de
stekker uit het stopcontact:
of
kleding
de
buurt
van
Regelmatige
– Wanneer u de machine
onbeheerd achterlaat
– Voordat u een blokkade
verwijdert of een storing
verhelpt
– Voordat
controleert,
onderhoudt
– Voordat
verricht,
verwisselt of de machine
opbergt
– Wanneer de machine een
voorwerp raakt. Wacht tot
de machine is afgekoeld.
Inspecteer de machine en
vervang indien nodig de
onderdelen voordat u verder
gaat met het gebruik
– Wanneer de machine begint
te trillen of ongebruikelijke
geluiden maakt
– Wanneer
g r a s o p v a n g s y s t e e m
bevestigt of verwijdert
– Wanneer
werkterrein betreedt
– Wanneer
oppervlakken
oversteekt
– Bij vervoer van de machine.
• Stop het snijgereedschap:
– Als u de machine moet
kantelen
– Wanneer
oppervlakken
oversteekt
– De
machine
naar
vervoeren.
u
de
machine
reinigt
u
afstellingen
accessoires
u
iemand
u
andere
dan
u
andere
dan
van
werkoppervlakken
of
het
uw
gras
gras
en
61