3
Montage
3.1
Besturingskast bevestigen
Waarborgen dat de besturingskast tijdens de montagewerkzaamheden losgekoppeld is van de
spanningsvoeding.
•
Montagepositie kiezen, daarbij moet het onderstaande gegarandeerd
zijn:
– in de onmiddellijke nabijheid is een geaard stopcontact aanwezig.
– De aansluitkabel van de afvalwaterpomp, de terugstuwklep en
niveausensoren de kunnen volgens voorschrift geïnstalleerd en naar
de besturingskast geleid worden.
– De besturingskast moet veilig en correct worden bevestigd.
•
Behuizing openen, daartoe de twee schroeven <29> losdraaien
(draaiing naar links) en het deksel van de behuizing omhoogklappen.
•
Behuizing op de beoogde plaats monteren, daartoe alle zwee
bevestigingsbouten monteren (boorsjabloon wordt meegeleverd).
Daarbij moet worden gegarandeerd, dat de afstand <4> tussen de
boutkoppen en het bevestigingsvlak ca. 3 tot 4 mm bedraagt
•
De besturingskast aan de zwee bevestigingsbouten <5> hangen en
iets omlaag duwen
•
L = 254 mm zie boorsjabloon (373-123)
2019/04
All manuals and user guides at all-guides.com
119 / 168
29
Afb. [5]
4
L
5
Afb. [6]