A) Dakafvoer die beschermt tegen wind
B) Maximale doorsnede vanaf 15 x 15 cm of Ø 15 cm en
maximale hoogte 4-5 m
C) Afwerkingpakking
D) Inspectie
2
1) Toegestaan isolatiemateriaal
2) Stalen buis
3) Sluitpaneel
Abf. 5.5.1
1
3
Abf. 5.5.2
6 INSTALLATIE
De installateur moet het JØTUL-certificaat hebben, dat
toestemming geeft voor de installatie van apparaten die
op vaste brandstof worden gestookt.
6.1 DE HAARD WATERPAS ZETTEN
De haard moet horizontaal en verticaal waterpas worden
gezet. Dit kan worden bewerkstelligd met behulp van de
pootjes (A . 6.1). Draai de pootjes helemaal tot aan de
moeren los.
A B = Waterpas
6.2 AANSLUITINGEN
6.2.1 Elektrische aansluitingen
De haard hoeft alleen maar met een stekker op het
elektriciteitsnet te worden aangesloten.
De elektrische aansluiting (stopcontact) moet eenvoudig
toegankelijk en zichtbaar zijn na installatie van de haard.
Als het netsnoer beschadigd is, moet het worden
vervangen door een gekwalificeerd technicus om risico
te vermijden.
6.2.1.1 Aarding
De installatie moet worden uitgerust met een aarding en
schakelaar volgens de geldende normen (A . 6.2).
Een metalen schoorsteenkanaal moet een eigen aansluiting
op de massa hebben.
6.2.2 Aansluiting op de externe chronothermostaat
Er kan een externe chromotermostaat worden
aangesloten die de haard dooft of ontsteekt aan de hand
van de geprogrammeerde temperaturen.
Na het bereiken van de gewenste temperatuur opent de
NEDERLANDS
AB
Abf. 6.1
Abf. 6.2
55