NL
GEBRUIKSAANWIJZING
BELANGRIJKE MEDEDELINGEN
BELANGRIJK: LEES DEZE GEBRUIKSAANWIJZING
VOOR HET GEBRUIK AANDACHTIG EN HELE-
MAAL DOOR, OM GEVAREN BIJ HET GEBRUIK
TE VOORKOMEN. BEWAAR ZE VOOR LATERE
RAADPLEGING. HOUD U ZORGVULDIG AAN
DEZE INSTRUCTIES, OM DE VEILIGHEID VAN HET
KIND NIET OP HET SPEL TE ZETTEN.
LET OP! VERWIJDER VOOR HET GEBRUIK EVEN-
TUELE PLASTIC ZAKKEN EN ALLE ANDERE VER-
PAKKINGSONDERDELEN EN GOOI ZE WEG OF
HOUD ZE IN IEDER GEVAL BUITEN HET BEREIK
VAN KINDEREN. GOOI ZE WEG IN OVEREEN-
STEMMING MET DE GELDENDE WETTEN VOOR
GESCHEIDEN AFVALVERWERKING.
ZEER BELANGRIJK! METEEN LEZEN
1.
Volg de instructies voor de montage en de
installatie van het product nauwgezet. Laat
niemand het artikel gebruiken zonder eerst de
instructies te hebben gelezen.
2.
Bewaar deze handleiding voor eventuele latere
raadpleging.
3.
LET OP! Volgens de statistieken over ongeluk-
ken is de achterbank van het voertuig veiliger
dan de voorzittingen: daarom wordt aangera-
den het autostoeltje op de achterbank te in-
stalleren. De veiligste zitting is de middelste
achterzitting, als deze is uitgerust met een
driepuntsgordel: in dit geval wordt aangeraden
het autostoeltje op de middelste achterzitting
te plaatsen.
4.
LET OP! ERNSTIG GEVAAR! Gebruik dit autos-
toeltje nooit op een voorzitting uitgerust met
een frontale airbag. Het stoeltje kan alleen op
een voorzitting worden geïnstalleerd, als de
frontale airbag is uitgeschakeld: controleer bij
de autofabrikant of in de gebruiksaanwijzing
van de auto of de airbag kan worden uitges-
chakeld.
5.
Als het autostoeltje op de voorzitting wordt
geplaatst (alleen als er geen frontale airbag
is, of deze is uitgeschakeld), wordt voor een
grotere veiligheid aangeraden de zitting zover
mogelijk naar achteren te zetten, voor zover
de aanwezigheid van andere passagiers op de
achterbank dit toelaat.
6.
Gebruik dit autostoeltje nooit op zittingen die
zijdelings staan of tegen de rijrichting in.
7.
Plaats dit autostoeltje alleen op zittingen die
correct aan de structuur van de auto zijn be-
vestigd en die in de rijrichting staan. Kijk goed
uit dat inklapbare of draaiende autozittingen
stevig vastzitten, omdat deze bij een ongeluk
een gevaar kunnen inhouden.
8.
Let erop hoe het autostoeltje in de auto wordt
geïnstalleerd om te voorkomen dat een mobiele
zitting of het portier stoort.
9.
Geen enkel autostoeltje kan de totale veilig-
heid van het kind in geval van een ongeluk
garanderen, maar het gebruik van dit artikel
vermindert het gevaar voor ernstig letsel of
de dood.
10.
Het gevaar voor ernstig letsel van het kind, en
niet alleen bij een ongeluk, maar ook in andere
omstandigheden (bijv. bij hard remmen, enz.)
wordt groter, als de aanwijzingen die in deze
handleiding worden beschreven niet nauwge-
zet in acht worden genomen: controleer altijd
dat het autostoeltje correct aan de zitting is
bevestigd.
11.
Indien het autostoeltje beschadigd, vervormd
of ernstig versleten mocht zijn, moet het
worden vervangen. Het kan de oorspronkelijke
veiligheidskenmerken hebben verloren.
12.
Verricht geen wijzigingen aan het artikel en
voeg er niets aan toe zonder toestemming van
de fabrikant.
13.
Breng geen niet door de fabrikant geleverde
accessoires, reserveonderdelen of onderde-
len aan.
14.
Laat het kind nooit en om geen enkele reden
zonder toezicht in het autostoeltje achter.
15.
Om te voorkomen dat het kind valt, maakt u
het, ook als u het met de hand vervoert, in het
autostoeltje vast.
16.
Tijdens het gebruik buiten de auto is het ge-
vaarlijk het autostoeltje op een verhoging te
zetten.
17.
Laat het autostoeltje nooit onbevestigd op de
autozitting. Het kan tegen andere passagiers
stoten en deze verwonden.
18.
Zet niets dat geen voor het artikel goedge-
keurd accessoire is tussen de autozitting en
het autostoeltje, of tussen het autostoeltje
en het kind: in geval van een ongeluk kan het
dan gebeuren dat het autostoeltje niet goed
functioneert.
19.
Als de auto in de rechtstreekse zon wordt
achtergelaten, wordt aangeraden het autosto-
eltje te bedekken.
20.
Ook na een niet ernstig ongeluk kan het auto-
stoeltje schade opgelopen hebben, die echter
niet altijd met het blote oog zichtbaar is: het
moet daarom worden vervangen.
21.
Voordat u het autostoeltje met de hand vervo-
ert, dient u zich ervan te verzekeren dat het
kind met de gordels vastzit en dat de greep
correct op de verticale stand is vergrendeld.
22.
Dit autostoeltje kan alleen worden gebruikt
op CHICCO wandelwagens uitgerust met
CLIK CLAK systeem. Controleer altijd in het
instructieboekje van de wandelwagen met
welke soort klemmen deze is uitgerust en de
compatibiliteit met het stoeltje.
23.
Verzeker u ervan dat het sto-
32
e
v
24.
25.
26.
27.
28.
29.
30.
31.
32.
KEN
He
voo
geb
BEL
1.
b
V
i