Télécharger Imprimer la page

Publicité

n tijdsaanduiding,
zie ook pos. 31 Toets TIME
o Naam van de geselecteerde map
p Naam of nummer van de track; bij mp3-bedrijf
met de toets TITLE (37) schakelbaar naar
andere ID3-tag-informatie, indien voorzien
q Weergave van het aantal beats per minuut
voor de geselecteerde track; de letter A duidt
de automatische telmodus aan
r Tekstregel voor korte weergave van ingescha-
kelde functies
4 Toets BACK
1. Bij standaard displayweergave:
— Weergave van de tracklijst
2. Bij opgeroepen menupagina:
— Terugschakelen naar het hoofdmenu of
naar de standaard displayweergave
3. Bij opgeroepen tracklijst:
— Terugschakelen naar de standaard dis-
playweergave, of – als de track uit een map
is geselecteerd – terugspringen naar het
hogere niveau
5 Knop TRACK / ENTER
1. Als er geen menupagina is opgeroepen:
— Track selecteren © met de knop draaien.
— Tracklijst oproepen. © op de knop drukken
2. Als de tracklijst is opgeroepen:
— Track of map selecteren © met de knop
draaien
— Lijst snel doorscrollen © knop tegelijk
indrukken en draaien
— Track of map oproepen © op de knop druk-
ken
— geselecteerde track voor een eigen reeks
tracks opslaan © houd de knop 2 secon-
den ingedrukt (
hoofdstuk 5.13)
3. Als het hoofdmenu met de toets MENU (36) is
opgeroepen:
— Menu-item selecteren © met de knop
draaien
— Menu-item oproepen © op de knop drukken
m Barra gráfica: para indicar el tiempo (n) gráfi-
camente mediante su longitud
n Indicación del tiempo,
Ver también el punto 31, botón TIME
o Nombre de la carpeta seleccionada
p Nombre o número de la pista; para modo
MP3, conmutable con el botón TITLE (37) a
otra información ID3 tag (etiqueta), si está dis-
ponible
q Indicación de las pulsaciones por minuto; la
letra A indica el modo automático contador
r Línea de texto para una breve indicación de
las opciones activadas
4 Botón BACK
1. Con vista de visualización estándar
— indicación de lista de pistas
2. con el menú abierto
— Vuelve al menú principal o a la vista de
visualización estándar
3. con lista de títulos abierta
— Vuelve a la vista de visualización estándar
o, cuando se ha seleccionado una pista de
una carpeta, vuelve al nivel superior
5 Control TRACK/ENTER
1. cuando no hay ningún menú abierto:
— Para seleccionar pista © gire el control
— Para abrir la lista de pistas © pulse el con-
trol
2. cuando la lista de pistas está abierta:
— Para seleccionar pista o carpeta © gire el
control
— Para pasar la lista rápidamente © pulse y
gire el control al mismo tiempo
— Para abrir la pista o carpeta © pulse el con-
trol
— Para memorizar la pista para una secuen-
cia de pistas personal © mantenga
pulsado el control durante 2 segundos
(
apartado 5.13)
4. Als er een ondermenu is opgeroepen:
— Instelling wijzigen © met de knop draaien
— Instelling opslaan © op de knop drukken
— naar de standaard displayweergave terug-
schakelen © op de toets BACK (4) drukken
6 Regelaar START voor de aanlooptijd (0 – 8 sec)
om het opstarten van een draaitafel te simuleren,
als u het afspelen start met de toets
7 Regelaar BRAKE voor de remtijd (0 – 8 sec) om
het afremmen van een draaitafel te simuleren,
als u met de toets
(15) in pauze schakelt
8 Toets RELAY voor de relaiswerking met een
tweede CDMP-700USB (
hoofdstuk 5.5.1)
9 Toets DUMP voor korte "achteruit afspelen"-
effecten (
hoofdstuk 6.3)
10 Lichtstrook: als het draaiplateau (27) naar links
draait, licht deze strook blauw op.
11 Toets REV. om achteruit af te spelen
12 Toets SCRATCH voor het in- en uitschakelen
van de scratchfunctie voor het draaiplateau (27)
13 Toets BOP om terug te keren en onmiddellijk de
weergave te starten vanaf het begin van de
geselecteerde track of vanaf een met de toets
CUE (14) vastgelegd beginpunt
Door enkele keren kort op deze toets te drukken,
kunt u stottereffecten genereren.
14 Toets CUE om een track voor te beluisteren en
om terug te keren naar een bepaalde plaats
(
hoofdstukken 5.6 en 5.9.2)
15 Toets
om te wisselen tussen afspelen en
pauze
16 Lichtstrook: als u op de rubberen mat van het
draaiplateau drukt (27), licht de strook blauw op.
17 Cd-lade
18 Toets PROG. voor het afspelen van een gepro-
grammeerde reeks tracks en voor het wissen van
tracks uit een reeks tracks (
3. cuando el menú principal se abre con el botón
MENU (36):
— Para seleccionar un objeto del menú © gire
el control
— Para abrir un objeto del menú © pulse el
control
4. Cuando se abre un submenú:
— Para cambiar ajustes © gire el control
— Para memorizar ajustes © pulse el control
— Para volver a la vista de visualización
estándar © pulse el botón BACK (4)
6 Control START para que el tiempo de inicio (0 – 8
seg.) simule el inicio de un giradiscos cuando
empieza la repetición con el botón
7 Control BRAKE para que el tiempo de frenado
(0 – 8 seg.) simule el frenado de un giradiscos
cuando el aparato se pausa con el botón
8 Botón RELAY para el modo relé con un segundo
CDMP-700USB (
apartado 5.5.1)
9 Botón DUMP para efectos breves de repetición
inversa (
apartado 6.3)
10 Banda luminosa: Se ilumina en azul cuando se
gira el jog wheel (27) en el sentido contrario a las
agujas del reloj
11 Botón REV. para repetición inversa
12 Botón SCRATCH para activar/desactivar la
opción de scratch del jog wheel (27)
13 Botón BOP para volver y empezar inmediata-
mente la repetición desde el inicio de la pista
actual o desde un punto de inicio previamente
definido con el botón CUE (14)
Pulsando este botón repetidamente, se crean
efectos stutter.
14 Botón CUE para una repetición breve de inicio
de pista y vuelta a un punto previamente definido
(
apartado 5.6 ó 5.9.2)
15 Botón
para conmutar entre repetición y
pausa
19 Toetsen SEARCH voor het snel vooruit / achteruit
zoeken
20 Toets NEXT TRACK om een track voor te pro-
grammeren en de mengfunctie in- en uit te scha-
kelen (
21 Toets KEY voor het in- en uitschakelen van de
functie Constante toonhoogte (
(15)
22 Toets EDIT om het start- of eindpunt van een
opgeslagen naadloze loop te wijzigen (
stuk 5.10)
23 Toets PITCH ON / OFF om de snelheidsregelaar
PITCH CONTROL (28) te activeren en deactive-
ren
24 Toets PITCH RANGE voor het selecteren van
het snelheidsregelbereik; de selectie wordt kort
weergegeven in het veld (e) van het display
25 Toetsen PITCH BEND voor afstemming van het
ritme van een geselecteerde track op dat van een
track in een ander toestel (
26 Lichtstrook: als het draaiplateau (27) naar rechts
draait, licht de strook blauw op.
27 Draaiplateau
1. Als de toets SCRATCH (12) is ingedrukt voor
het genereren van scratcheffecten: druk licht
op rubberen mat van het draaiplateau en draai
deze heen en weer.
2. In de pauzemodus om een bepaalde plaats
exact op te zoeken
3. Tijdens het afspelen om een liereffect te gene-
reren: het plateau heen en weer draaien.
4. Draaien van de schotel tijdens snel vooruit of
achteruit zoeken met de toets
(19) versnelt het zoekproces
5. Om het start- of eindpunt van een opgeslagen
naadloze loop te wijzigen (
28 Schuifregelaar PITCH CONTROL om de snel-
heid te wijzigen [bij ingedrukte toets KEY (21)
hoofdstuk 5.13)
zonder wijziging van de toonhoogte]; de instel-
16 Banda luminosa: Se ilumina en azul cuando se
pulsa la cobertura de caucho del jog wheel (27)
17 Bandeja de CD
18 Botón PROG. para repetir una secuencia de pistas
programada y para borrar pistas de una secuencia
de pistas programada (
19 Botón SEARCH para avance/retroceso rápido
20 Botones NEXT TRACK para la preselección de
una pista y para activar/desactivar la opción de
crossfading (
21 Botón KEY para activar/desactivar la opción de
pitch constante (
(15)
22 Botón EDIT para cambiar el punto de inicio o el
punto de finalización de un loop memorizado
(
apartado 5.10)
(15)
23 Botón PITCH ON/OFF para activar/desactivar el

PITCH CONTROL (28)

24 Botón PITCH RANGE para seleccionar el rango
de ajuste de la velocidad; la selección se indica
brevemente en el campo (e) del visualizador
25 Botones PITCH BEND para sincronizar la pulsa-
ción de la pista en repetición con la pulsación de
una pieza de música repetida en otro aparato
(
apartado 5.12)
26 Banda luminosa: Se ilumina en azul cuando se
gira el jog wheel (27) en el sentido de las agujas
del reloj
27 Jog wheel
1. Para crear efectos scratch cuando se pulsa el
botón SCRATCH (12): Pulse la cobertura de
caucho del jog wheel ligeramente y gírelo
hacia delante y hacia atrás.
2. Para seleccionar con precisión un punto con-
creto en el modo pausa.
3. Para crear un efecto droning durante la repe-
tición, gire el jog wheel hacia delante y hacia
atrás.
hoofdstuk 5.4.2)
hoofdstuk 5.11)
hoofd-
hoofdstuk 5.12)
resp.
hoofdstuk 5.10)
apartado 5.13)
apartado 5.4.2)
apartado 5.11)
NL
B
E
33

Publicité

loading