2
v
EILIGHEIDsvOORscHRIfTEN
R
:
IjMODus
Rijd nooit als uw reactievermogen verminderd is (bv. door vermoeidheid of beïnvloeding door medicijnen of alcohol).
Verkeerde reacties kunnen zware letsels en schade tot gevolg hebben.
-
Rijd niet in mensengroepen of naar personen of dieren toe!
-
Houd steeds direct zichtcontact met uw modelvoertuig! Rijd ook niet ´s nachts.
-
Rijd nooit op terreinen die toegelaten zijn voor het openbaar wegverkeer!
Houd rekening met eventuele voorschriften en bepalingen voor het terrein.
-
Rijd nooit zonder luchtfilter!
-
Controleer regelmatig alle schroefverbindingen en bevestigingen daar deze door de trillingen van de motor tijdens het rijden kunnen losraken.
-
U mag niet gedurende langere tijd met een lage snelheid rijden daar anders de motor en de koppeling
oververhit zullen raken (geen koeling door de ontbrekende rijwind)!
-
Vermijd het rijden bij zeer lage buitentemperaturen.
Het kunststof van de carrosserie verliest dan zijn elasticiteit zodat ook kleinere botsingen tot breuken kunnen leiden.
R
ADIOGEsTuuRDE AfsTANDsBEDIENING
-
Controleer de reikwijdte van uw afstandsbedieningssysteem vóór de start.
-
Schroef de zenderantenne steeds volledig vast en trek ze volledig uit.
Als de antenne niet volledig uitgetrokken is, zal de reikwijdte van de afstandsbediening verminderen.
-
Controleer terwijl het voertuig stilstaat of de servo´s zoals verwacht op de signalen van de afstandsbediening reageren!
-
Let op de aanduiding voor de laadtoestand van de accu´s (batterijen) van uw afstandsbediening!
Zwakke of lege accu´s (batterijen) kunnen ervoor zorgen dat u de controle over uw voertuig verliest.
-
Zorg ervoor dat niemand anders in de omgeving op uw frequentie zendt!
Stoorsignalen op dezelfde frequentie kunnen ervoor zorgen dat u de controle over uw modelvoertuig verliest.
Ook bij het gebruik van meerdere modulatiesoorten (FM, PPM, AM, PCM) mag niet dezelfde frequentie gebruikt worden.
-
Rijd niet onder hoogspanningsleidingen en zendmasten.
-
Rijd niet bij onweer!
Atmosferische storingen kunnen de signalen van uw zender beïnvloeden.
-
Rijd niet door water, nat gras, modder of sneeuw en als het regent.
De componenten van de RC-installatie zijn niet waterdicht!
-
Verzeker u ervan dat de gas/remservo in de stationair staat.
-
Laat steeds de zender en de ontvanger ingeschakeld terwijl de motor draait!
-
Uitschakelen: 1. motor, 2. ontvanger en pas daarna de zender uitschakelen!
A
:
LGEMEEN
-
Verwijder de ontvangeraccu´s als u het product langere tijd niet gebruikt.
-
U mag nooit oplaadbare accu´s en droge batterijen door elkaar gebruiken.
-
U mag geen volle en halflege accu´s (batterijen) of accu´s met verschillende capaciteiten door elkaar gebruiken.
Anders kunnen de zwakkere accu´s (batterijen) of accu´s met de lagere capaciteit diep ontladen en lekken.
-
U mag nooit proberen om droge batterijen op te laden.
Hierdoor kunnen de batterijen lekken en in het ergste geval exploderen.
-
Defecte en niet meer oplaadbare accu´s moeten bij de verzamelplaatsen voor KCA ingeleverd worden.
U mag ze niet via het gewone huisvuil verwijderen!
-
Houd rekening met de onderhouds- en brandstofvoorschriften voor het voertuig!
-
Gebruik enkel originele reserveonderdelen!
-
Houd rekening met de afzonderlijke gebruiksaanwijzingen van het toebehoren zoals de afstandsbedieningssysteem, de accu´s en de
acculader.
-
Beveilig losse kabels en te lange kabels met dunne kabelbinders!
Let er vooral op dat de kabels op geen enkele plaats in onderdelen terecht kunnen komen die bewegen.
© REELY 01/08
:
89