6.4 Aansluiting hydraulische set aan opslagvat
6.5 Sanitaire aansluitingen
18
Uitgangspunt is dat de hydraulische set reeds is bevestigd aan de combiketel zoals
beschreven in 6.1.
Sluit de boiler aan op de onderzijde van de hydraulische set zoals aangegeven in schema
6.5.a.
Gebruik hiervoor 22 mm cv-leiding met isolatie of isoflex slang met dezelfde hydraulische
eigenschappen (DN20).
Monteer de drinkwaterinstallatie volgens de huidige regelgeving.
De ketel is alleen geschikt voor het gebruik van stadswater.
De ATAG combiketel is voorzien van een roestvaststalen platenwisselaar voor bereiding
van warmwater. De ketel heeft geen warmwatervoorraad en zal bij warmwatervraag het
doorstromende water, indien deze nog niet voldoende is opgewarmd in het opslagvat,
direkt verwarmen.
In gebieden met een waterhardheidswaarde hoger dan 26 fH dient de platenwis-
selaar frequenter van kalkaanslag ontdaan te worden. Een verkalkte platenwis-
selaar valt niet onder garantie.
Indien er zich problemen voordoen bij toepassing van sanitair water met een
hoger chloridegehalte dan 150 mg/l kan er geen aanspraak gemaakt worden op
de garantievoorwaarden (zie hoofdstuk 6.4 Waterkwaliteit).
Om verkalking te voorkomen adviseert ATAG het toepassen van een ATAG Descale
waterontharder.
ATAG adviseert voor het reinigen van platenwisselaars het gebruik van bv. AlphaPhos.
De hardheid van het water loopt in België uiteen. De waterleidingmaatschappij kan
hieromtrent exacte informatie verschaffen.
De ketelleidingen van de warmwatervoorziening moeten door middel van een knelfitting
aangesloten worden op de installatie.
Om hoge temperaturen van het sanitaire water te voorkomen en mogelijk onderdelen
van de combiketel te beschadigen is een mengventiel 15mm knel voorzien in de leiding
tussen opslagvat en koudwateraansluiting van de combiketel. Dit thermostatisch meng-
ventiel is fabriekszijdig ingesteld op ongeveer 70°C en dient altijd te worden aangebracht.
Zie ook hoofdstuk 6.
Sluit de boiler sanitairzijdig aan op de combiketel zoals aangegeven in schema 6.5.a.
Verbind de aansluiting van het thermostatisch mengventiel gemarkeerd met M met de
koudwateraansluiting van de combiketel.
De koudwateraansluiting moet voorzien worden van een inlaatcombinatie met een
veiligheidsventiel van 8 bar. De overstort van het veiligheidsventiel moet aangesloten
worden op de rioolleiding.
Isoleer alle leidingen zorgvuldig.