B
SLUIT DE VOEDING AAN
1
2
WATERTOEVOER
1
2
3
VERVANG HET WATER IN DE WATERTANK REGELMATIG
NL
140
Sluit voor de eerste ingebruikname de voeding aan en raadpleeg daarna stap
2 'watertoevoer'.
Als het apparaat niet voor de eerste keer wordt gebruikt of wanneer er al
water in de watertank is, steek de stekker dan in het stopcontact en druk op
de toets [power] (Aan/uit) op het bedieningspaneel.
Volg bij een alarm voor watertekort (geen water in de tank voor het eerste
gebruik of watertekort tijdens gebruik) onderstaande stappen om water naar
de tank binnenin het apparaat te voeden.
Gebruik de leiding inlaat/uitlaat om dit apparaat op de kraan aan te sluiten.
Druk op de toets voor watertoevoer en de kraan moet op hetzelfde moment
open worden gezet.
Als het waterpeil de opgegeven hoogte bereikt, zal de watertoevoerklep
automatisch sluiten om de watertoevoer te stoppen.
Verwijder de leiding voor waterinlaat/-uitlaat en schroef de stop op de
waterinlaat.
Het wordt aanbevolen om het water in de watertank minstens elke drie
maanden te vervangen door het af te laten/water toe te voegen.