5.1.1
Gravitatiesysteem
A, G
Systeemspecifieke eisen
De juiste opstelling en een constant waterniveau in de vijver zijn belangrijke voorwaarden voor een
optimale en probleemloze werking van het gravitatiesysteem.
Filterschacht maken:
Graaf een voldoende grote kuil voor het filtersysteem:
►
Lijn de bodemplaat horizontaal uit.
►
Beveilig de wanden van de kuil tegen het verzakken van de grond (metselen, betonneren)
►
Bescherm de kuil tegen overstroming. Zorg voor een afvoer van het regenwater.
►
Filtersysteem opstellen:
Stel het max. waterniveau voor de vijver vast.
►
De bodemplaat, waarop het filtersysteem staat, moet 685 mm onder het max. waterniveau liggen
►
(max. tolerantie: -20 mm).
Waterniveau constant houden:
►
Voor de werking van het gravitatiesysteem is een constant waterniveau in de vijver noodzakelijk.
►
Toleranties tot -20 mm van het max. waterniveau zijn toegestaan.
Wordt het max. waterniveau in de vijver overschreden, dan stroomt het water in de
−
trommelfiltermodule via de vuilgoot af, tot het max. waterniveau weer is bereikt.
Wordt het max. waterniveau met meer dan 20 mm onderschreden, dan is een optimale resp.
−
probleemloze werking niet mogelijk.
Installeer de watercompensator OASE ProfiClear Guard. Met ProfiClear Guard wordt de vijver
►
automatisch water toegevoerd, indien het water onder het toegestane niveau komt.
5.1.2
Gepompt systeem
B, C, H
Systeemspecifieke eisen
Plaats de bodemplaat waterpas.
►
Plaats de trommelfiltermodule 150 mm hoger dan de nageschakelde "moving bed"-module, zodat de
►
aansluitingen van beide modulen (uitloop en inloop) op dezelfde hoogte liggen.
Tip: Gebruik drie in de handel standaard verkrijgbare betonplaten, elk van het formaat
−
500 × 500 × 50 mm.
Plaats de uitloop van het filtersysteem zo dat het waterpeil in de trommelfiltermodule 230 ... 350 mm
►
onder de rand van de kast ligt.
Anders is een optimale respectievelijk probleemloze werking niet mogelijk.
−
Plaats de inloop in de vijver (bijvoorbeeld boven een beekje of waterval) niet hoger dan de uitloop
►
van het filtersysteem.
- NL -
107