Informations concernant le modèle réel
Afin de tenir tête à la concurrence aérienne croissante
en matière de transport, la Deutsche Reichsbahn a
créé durant les années 30 du siècle dernier une série
de liaisons directes, rapides et confortables, entre les
diverses villes importantes de l'Allemagne. Comme la
traction à vapeur ne semblait pas convenir, une rame
automotrice double diesel fut commandée à la firme
Wumag pour la desserte de la ligne Berlin-Hambourg.
D'autres rames furent construites compte tenu des
performances satisfaisantes constatées et du besoin
croissant en trains rapides. Certaines comportaient
jusqu'à deux voitures intermédiaires.
Toutes les rames étaient semblables du point de
vue conceptuel : forme aérodynamique dépourvue
d'éléments proéminents ou en retrait, construction
légère et haut degré de confort étaient les traits princi-
paux de ces nouvelles rames diesels-électriques. Deux
moteurs diesels à douze cylindres avec génératrice
assuraient l'alimentation électrique des 4 moteurs
de traction. Les crochets de remorquage montés à
l'origine furent remplacés par des attelages automati-
ques Scharfenberg.
Le déclenchement de la guerre mit fin à ce transport
rapide en Allemagne et les rames automotrices furent
remisées. Après les hostilités, les rames renommées
VT 04 et pourvues d'une nouvelle livrée rouge lie de vin
furent remises en service par la DB jusqu'en 1957.
Disposition d'essieux
Longueur hors tampons
Vitesse de pointe
Poids en ordre de marche
Puissance nominale
Construction à partir de
2'Bo'2'
44 956 mm
160 km/h
100 t
2 x 302 kW (2 x 410 CV)
1935
Informatie over het voorbeeld
Om het hoofd te kunnen bieden aan de groeiende
concurrentie in de lucht plande de Deutsche Reichs-
bahn in de jaren dertig van de vorige eeuw snelle en
comfortabele directe verbindingen tussen belangrijke
Duitse steden. Aangezien de stoomtractie hiervoor niet
geschikt scheen, werd bij Wumag voor het traject Ber-
lijn-Hamburg een dubbel dieseltreinstel besteld. Door
de goede ervaringen en de gestegen behoefte werden
nog meer rijtuigen besteld, deels ook met maximaal 2
middenrijtuigen.
Qua ontwerp waren alle motorwagens identiek aan
elkaar: een gestroomlijnde rijtuigvorm terwijl werd
afgezien van naar buiten stekende en teruggetrokken
delen, lichte bouw en het hoge comfort vormden de
basis van deze nieuwe ontwikkeling. Twee twaalfci-
linder dieselmotoren met generator voorzagen de 4
tractiemotoren van stroom. De aanvankelijke sleephaak
werd vervangen door een automatische Scharfenberg-
koppeling.
In het begin van de oorlog hield het snelverkeer op en
werden de motorwagens op non-actief gesteld. Bij de
DB werden ze na de oorlog nog tot 1957 als VT 04 met
een wijnrode beschildering ingezet.
Asopstelling
Lengte over koppeling
Maximumsnelheid
Dienstmassa
Nominaal vermogen
Bouwjaar vanaf
2'Bo'2'
44 956 mm
160 km/h
100 t.
2 x 302 kW (2 x 410 pk)
1935
3