Als de statusaanduiding UIT is:
•
Controleer of de sleutelschakelaar IS INGESCHAKELD.
•
Controleer of alle kabels correct zijn aangesloten.
Storingscodes en diagnosecodes
Knippercode
Storing
1
Accu's moeten worden
opgeladen
2
Accuspanning te laag
3
Accuspanning te hoog
4
Stroomtijd overschreden
5
Defecte remmen
6
Geen neutrale stand bij
het inschakelen van de
scooter.
7
Storing in
snelheidspotentiometer
8
Motorspanningsfout
9
Andere interne defecten
10
Duw-/vrijloopmodusfout
12 Technische Specificaties
12.1 Technische specificaties
Deze technische gegevens gelden voor een standaardconfiguratie of vertegenwoordigen de maximaal bereikbare waarden.
Deze waarden kunnen veranderen als er accessoires worden toegevoegd. De precieze wijzigingen in deze waarden worden
gedetailleerd beschreven in de gedeelten over de betreffende accessoires.
Houd er rekening mee dat de gemeten waarden in sommige gevallen tot wel ± 10 mm kunnen verschillen.
1675754-A
Als de statusbalkindicator KNIPPERT:
•
Gevolg voor scooter
Opmerkingen
Gaat door met rijden
•
Stopt met rijden
•
•
Stopt met rijden
•
•
Stopt met rijden
•
•
•
Stopt met rijden
•
•
Stopt met rijden
•
•
Stopt met rijden
•
•
Stopt met rijden
•
Stopt met rijden
•
Stopt met bewegen
•
Tel hoe vaak deze knippert en ga door naar de volgende
paragraaf.
De accu's zijn leeg. Laad de accu's zo snel mogelijk op.
De accu's zijn bijna leeg. Laad de accu's op.
Als u de scooter enkele minuten uitzet, kunnen de
accu's meestal weer zodanig herstellen dat een korte
afstand kan worden gereden. U mag dit echter alleen
in noodgevallen doen, omdat de accu's op deze manier
te ver worden ontladen.
De accuspanning is te hoog. Als de acculader is
aangesloten, koppelt u deze los van de scooter.
Het elektronische systeem laadt de accu's op als u
bergafwaarts rijdt en als u remt. Deze storing wordt
veroorzaakt wanneer de accuspanning daarbij te hoog
wordt. Schakel de scooter uit en weer aan.
De scooter heeft te lange tijd te veel stroom verbruikt,
waarschijnlijk omdat de motor overbelast werd
of omdat de scooter niet vooruit kwam door een
onbeweeglijke weerstand. Zet de scooter uit, wacht
enkele minuten en zet hem vervolgens weer aan.
Het elektronische systeem heeft een kortsluiting in de
motor vastgesteld. Controleer of er sprake is van een
kortsluiting in de kabelboom en controleer de motor.
Neem contact op met uw Invacare-leverancier.
Controleer of de ontkoppelingshendel in de
vastgekoppelde stand staat.
Er is een defect in de remspoel of in de bedrading.
Controleer of er sprake is van een open of kortgesloten
stroomcircuit in de magnetische rem en bedrading.
Neem contact op met uw Invacare-leverancier.
Rijhendel staat niet in neutrale stand nadat de
sleutelschakelaar wordt omgedraaid. Zet de rijhendel
in de neutrale stand, schakel de scooter uit en weer in.
De rijhendel moet mogelijk worden vervangen. Neem
contact op met uw Invacare-leverancier.
De besturingselementen van de rijhendel zijn mogelijk
defect of niet goed aangesloten. Controleer of er
sprake is van een open of kortgesloten stroomcircuit
in de bedrading.
Potentiometer is niet correct ingesteld en moet
worden vervangen. Neem contact op met uw
Invacare-leverancier.
De motor of de bijbehorende bekabeling is defect.
Controleer of er sprake is van een open of kortgesloten
stroomcircuit in de bedrading.
Neem contact op met uw Invacare-leverancier.
De scooter heeft de toegestane maximumsnelheid
overschreden tijdens het aanduwen of vrijloop.
Schakel het elektronische systeem uit en weer aan.
71