1.3
Hoe werkt de BMV?
De capaciteit van een accu wordt vastgesteld in Ampère-uren (Ah).
Een accu die bijvoorbeeld gedurende een periode van 20 uur een
stroom van 5 A kan leveren, wordt geclassificeerd als 100 Ah (5 * 20 =
100). De BMV meet onophoudelijk de netstroomloop naar of vanuit de
accu. Zodoende kan hij de hoeveelheid energie die de accu levert of
aan de accu wordt toegevoegd berekenen. Maar aangezien de
ouderdom van de accu, de ontlaadstroom en de temperatuur allemaal
invloed hebben op de capaciteit van de accu, is het eenvoudig uitlezen
van Ampère-uren niet betrouwbaar genoeg. Als dezelfde 100 Ah accu
in twee uur volledig wordt ontladen, geeft hij slechts 56 Ah (als gevolg
van de hogere ontlaadsnelheid).
Zoals u ziet, is de capaciteit van de accu bijna gehalveerd. Dit
verschijnsel wordt het Peukert-rendement genoemd (zie ook paragraaf
2.3.2). Zo neemt bij een lage temperatuur van de accu de capaciteit
nog verder af. Daarom geven eenvoudige Ampère-uurtellers of
voltmeters u een allesbehalve nauwkeurige indicatie van de
ladingsstatus.
De BMV kan zowel de onttrokken (niet gecompenseerde) Ampère-uren
als de werkelijke ladingsstatus (gecompenseerd door het Peukert-
rendement en de ladingscapaciteit) weergeven. De ladingsstatus biedt
de beste uitlezing van uw accu. Deze parameter wordt weergegeven in
procenten. 100,0% geeft aan dat de accu maximaal geladen is en
0,0% geeft aan dat de accu helemaal leeg is. U kunt dit met een
brandstofmeter in een auto vergelijken.
De BMV maakt ook een schatting van de tijd dat de accu de huidige
lading in stand kan blijven houden (uitlezing van de resterende tijd). Dit
is in feite de tijd die resteert tot de accu weer geladen moet worden.
Als de acculading ernstig fluctueert, kunt u beter niet al te veel op deze
aflezing vertrouwen aangezien dit een momentuitlezing is die alleen
als leidraad kan worden gebruikt. Voor nauwkeurige accubewaking
raden wij u aan altijd de ladingsstatus uit te lezen.
2