TEUFELBERGER elingue sans fin 30 kN Mode D'emploi page 21

Dispositif d'ancrage, utilisation selon en 354: 2010, en 795b:2012
Table des Matières

Publicité

Les langues disponibles
  • FR

Les langues disponibles

  • FRANÇAIS, page 15
Het bevestigingspunt dient zich altijd verticaal
boven de gebruiker te bevinden
Controleer de structuur, waaraan u de sling
bevestigt, op de desbetreffende geschiktheid
(bijv. statische belastbaarheid, positie, scherpe
randen, .....)
De lengte van de bevestigingsinrichting dient
altijd aan het te omvatten object te worden aan-
gepast.
De informatie van de fabrikant (gebruiksaanwij-
zingen) van alle te gebruiken onderdelen van een
persoonlijk valbeveiligingssysteem dient in acht
te worden genomen (bijv. de noodzakelijke vrije
ruimte onder de gebruiker, ....)
De bevestigingsinrichting dient te worden voor-
zien van de datum van de volgende of de laatste
inspectie
De bevestigingsinrichting kan als volgt worden
gebruikt:
a) Ronde sling 30 kN / ronde sling 35 kN
WURGTOUW (ANKERSTEEK)
(Afb. 5 / 6, badzijde 10)
LET OP
Resterende breeksterkte ca. 30%
DUBBELE SLING (Afb. 7, badzijde 10)
Statische breeksterkte van de ronde sling (en-
kel, gestrekt, zonder ankersteek): 30 kN/35 kN
afhankelijk van de uitvoering
De breeksterkte werd in nieuwe toestand, in het la-
boratorium, in afzonderlijke tests vastgesteld en zijn
uitsluitend als grove richtwaarde bedoeld, die in de
praktijk door diverse factoren (bijv. materiaal, vorm,
diameter en structuur van het te omvatten object,
positie van de ronde sling, leeftijd, vochtigheid, .....)
kunnen afwijken.
De naden van de ronde sling dienen zich in de vrije
lengte te bevinden (geen omzetting aan de randen of
bij het verbindingselement)
b) VBM-band K / Y-VBM-band K (Afb. / 9 / 10,
bladzijde 10)
Het einde van het verbindingsmiddel met de
ingenaaide ring wordt om een geschikte structuur
gelegd en vervolgens worden alle losse uiteinden
door deze ring gehaald.
Let op (Aft. 11, bladzijde 11): De ring en de naden
mogen hierbij niet over een rand worden belast!
De losse uitienden kunnen met behulp van een
geschikt verbindingselement (conform EN 362) met
andere componenten van een persoonlijk valbeveili-
gingssysteem conform EN 363 worden verbonden.
2. Gebruik conform EN 354:
Dit verbindingsmiddel is bedoeld voor het maken van
een verbinding tussen verschillende componenten
van een persoonlijk valbeveiligingssysteem conform
EN 363 en kan op de volgende manier worden
gebruikt:
A. In een werkplaats-positioneringssysteem (con
form EN 363): Het verbindingsmiddel maakt
het de gebruiker mogelijk door in het systeem te
leunen of te hangen een werkpositie aan te ne-
men, waarbij een vrije val wordt verhinderd.
B. In een terughoudsysteem (conform
EN 363):
Het verbindingsmiddel voorkomt, dat de gebrui-
ker een positie bereikt, van waaruit hij kan neer-
storten
C. In een opvangsysteem (conform EN 363):
Het verbindingsmiddel vangt de gebruiker in het
geval van neerstorten op.
In dit geval moet echter een extra valdemper
worden gebruikt en het verbindingsmiddel met de
valdemper aan een ophangoog van een op-
vanggordel worden bevestigd.
Maximale lengte incl. verbindingselementen en
valdemper: 2,0m
WAARSCHUWING:
neem de benodigde vrije ruimte onder de
gebruiker in acht
twee afzonderlijke verbindingsmiddelen met elk
een valdemper mogen niet naast elkaar worden
gebruikt (d.w.z. parallel worden gerangschikt)
het vrije uiteinde van een tweestrengs
verbindingsmiddel in combinatie met een val-
demper mag niet aan riemen (aan een opvang- of
bevestigingsoog) worden bevestigd (mogelijke
overbrugging van de valdemper wat potentiële -
gevaren veroorzaakt)
Het maken van een verbinding tussen dit verbin-
dingsmiddel en andere componenten van en perso-
onlijk valbeveiligingssysteem conform EN 363 en kan
op de volgende manier worden gemaakt:
Voor de toepassingen A en B:
Bevestiging van het verbindingsmiddel met een
bevestigingsgordel:
1. Verbindingsmiddel of met behulp van een
GEBRUIK
21

Publicité

Table des Matières
loading

Table des Matières