c. Meet de chloorconcentratie van de processtroom (analyse
momentaan monster) met behulp van een instrument met
gebruikmaking van een referentiemethode (bijv. DPD). Voer de
gemeten waarde in met behulp van de pijltoetsen en druk op
ENTER.
7. Wanneer Zero Cal is geselecteerd, dient u het type kalibratie te
selecteren:
Optie
Omschrijving
ELEKTRISCH De offset die door de gateway is gegenereerd wordt
verwijderd om het nulpunt in te stellen (er wordt geen
monster gebruikt).
CHEMISCH
Chloorvrij water wordt gemeten om het nulpunt in te stellen.
8. Wanneer Elektrisch is geselecteerd, dient u te wachten tot de
waarde zich stabiliseert en vervolgens op ENTER
nulpunt op elektrische wijze in te stellen.
9. Wanneer Chemisch is geselecteerd:
a. Stop de processtroom en laat chloorvrij water door de
doorstroomcel stromen. Zorg ervoor dat de temperatuur van het
chloorvrije water zo dicht mogelijk bij de temperatuur van de
procesmonsterstroom ligt.
b. Druk op ENTER.
De gemeten waarde wordt weergegeven.
c. Wacht totdat de waarde zich stabiliseert en druk vervolgens op
4
ENTER
om het nulpunt op chemische wijze in te stellen.
10. Bekijk het kalibratieresultaat:
• Geslaagd—de sensor is gekalibreerd en gereed voor het meten
van monsters. De helling en/of offsetwaarden worden
weergegeven.
• Mislukt—de kalibratiehelling of -offset bevindt zich buiten de
toegestane limieten. Voer onderhoud aan de sensor uit (raadpleeg
Onderhoud
op pagina 190) en herhaal vervolgens de
kalibratieprocedure.
11. Als de kalibratie voltooid is, drukt u op ENTER om verder te gaan.
188 Nederlands
12. Wanneer de optie Operator ID in het menu Calibration Options op Ja
is ingesteld, dient u een gebruikers-ID in te voeren. Raadpleeg
de kalibratie-opties
13. Selecteer op het nieuwe sensorscherm of de sensor nieuw is:
Optie Beschrijving
JA
NEE
14. Laat de sensor het proces weer voorzetten en druk op ENTER.
Het uitgangssignaal keert terug naar de actieve toestand en
meetwaarde van het monster wordt weergegeven op het
meetscherm.
4
te drukken om het
Opmerking: Als de uitgangsmodus op hold of verzenden is ingesteld,
selecteer dan de vertragingstijd wanneer de uitgangssignalen weer actief
worden.
2-punts kalibratieprocedure
1. Druk op de MENU-toets en selecteer Sensor Setup, Calibrate,
Chlorine.
2. Selecteer 2 Point Sample.
3. Wanneer er in het menu Security een wachtwoord voor de controller
is geactiveerd, dient u het wachtwoord in te voeren.
4. Selecteer de optie voor het uitgangssignaal tijdens de kalibratie:
Optie
ACTIEF
HOLD
TRANSFER Een vooringestelde uitgangswaarde wordt tijdens de kalibratie
op pagina 190.
De sensor is niet eerder met dit instrument gekalibreerd geweest. De
bedrijfsdagen en eerder gemaakte kalibratiegrafieken voor de sensor
worden gereset.
De sensor is al eerder met dit instrument gekalibreerd geweest.
Beschrijving
Het instrument verzendt de actuele uitgangsmeetwaarde
tijdens de kalibratieprocedure.
De sensoruitgangswaarde wordt vastgezet op de actuele
meetwaarde tijdens de kalibratieprocedure.
verzonden. Raadpleeg de gebruikershandleiding van de
controller om de vooraf ingestelde waarde te wijzigen.
Wijzig