Algemene informatie
Inhoud
Waarborg, veiligheid
Belangrijkste teksten van de reglementering
Inhoud
Waarborg, veiligheid..........................19
Belangrijkste teksten van
de reglementering..............................19
Verpakking.........................................20
Technische gegevens
Zie technische gegevens Nr 13018095
Montage.............................................21
Keuze van de sproeiers ...................24
Kenmerken van de regel-
en beveiligingsautomaten..................26
Ontsteking .........................................32
Onderhoud ......................................33
Waarborg
Het installeren alsmede het in bedrijf
stellen dienen vakkundig door een
erkend branderspecialist uitgevoerd te
worden. Deze dient zich te houden aan
de geldende voorschriften alsmede aan
de in deze handleiding aangeduide
aanwijzingen. Indien deze bepalingen
niet of gedeeltelijk niet nageleefd
worden, kan de fabrikant niet
aansprakelijk worden gesteld.
Eveneens raadplegen het
garantiecertificaat, geleverd samen met
de brander,
de algemene verkoopvoorwaarden:
-
Veiligheid
De branderautomaat is ontworpen voor
installatie op een ketel die is
aangesloten op een in goede staat
verkerend rookkanaal. De brander moet
gebruikt worden in een ruimte waarin
de toevoer van verbrandingslucht
voldoende en de afvoer van
rookgassen mogelijk is.
De schoorsteen dient - met name wat
betreft de afmeting -te voldoen aan de
geldende normen en reglementering en
geschikt te zijn voor de toegepaste
brandstof. De vereiste stroom-
spanning voor het gasregelblok en de
toegepaste beveiligingsafsluiters
+10
bedraagt 230 VAC
50Hz
-15
waarbij er een op de aardleiding
aangesloten nulleiding geïnstalleerd
dient te zijn.
De brander moet van het net
gescheiden kunnen worden met behulp
van een veelpolige
scheidingsschakelaar die aan de
geldende normen voldoet.
Het onderhoudspersoneel dient op alle
terreinen met de grootst mogelijke
voorzichtigheid te werk te gaan en dient
vooral ieder direct contact te vermijden
met niet warmteafsluitend geïsoleerde
delen en met elektrische circuits. De
elektrische delen van de brander niet
met water in aanraking doen komen. In
geval van brand, overstroming,
gaslekkage of abnormaal functioneren
(verdachte geuren of geluiden enz. ...),
de brander stopzetten, de
stroomtoevoer uitschakelen en de
gastoevoer afsluiten. Onmiddelijk een
erkend branderspecialist waarschuwen.
De vuurhaard en toebehoren, de
rookkanalen, alsmede de
verbindingsstukken, dienen ten minste
jaarlijks en voorafgaand aan het in
bedrijf stellen van de gasbrander
onderhouden, gereinigd en
doorgeblazen te worden. Hierbij dienen
de desbetreffende geldende normen in
acht worden genomen.
01/2005 - Art. Nr. 13 017 869A
Verklaring van overeenstemming
voor stookoliebranders met
blaaslucht
Wij, CEB,
F-74106 ANNEMASSE Cedex,
verklaren, op eigen exclusieve
verantwoordelijkheid, dat volgende
producten:
EK02B.12L
EK02B.16L / EK02B.16L-Z
EK02B.21L-Z
conform zijn met de volgende normen:
EN 60335
EN 50081
EN 50082
EN 267
Belgisch koninklijk besluit van 08/01/2004
conform met de bepalingen van de
richtlijnen
98/37/EEG Machinerichtlijn
89/336/EEG EMC-richtlijn
73 /23/EEG Laagspanningsrichtlijn
92 /42/EEG Rendementrichtlijn
Deze producten dragen de CE-markering.
±1%
,
Gedaan te Annemasse, op 1 november
2004
J. HAEP
NL
(Elektromagnetische
compatibiliteit)
19